Nederlandse modeweek ‘te klein’ voor ontwerpster Ilja Visser

“Dat heb ik meestal op de dag van de show. Dan heb ik het gevoel dat ik meteen de volgende collectie moet maken, die nog beter en nog sneller is. Het opgeluchte gevoel komt meestal pas over een paar dagen.”

Ilja Visser begon haar carrière in de mode op de School of Arts, Artez in Arnhem. Ze liep onder andere stage bij Donna Karan en Maria Cornejo, waarna ze in 2009 haar eigen modehuis oprichtte. In 2011 ontving ze als eerste Nederlandse ontwerpster het Cultuurfonds Mode Stipendium voor haar innovatie en talent.

Is alles volgens planning verlopen in Parijs?

“Er zijn altijd kleine dingetjes die misgaan. Zo sprong er bijvoorbeeld een knoop van een jas van een model dat net op moest. Dat moesten we als een gek herstellen, anders had ze weinig aangehad op de catwalk.”

Wat is je inspiratiebron geweest?

“Mijn collectie, genaamd Tournavolta, vertelt een verhaal over de roterende dynamiek, die terug te vinden is in de natuur. We hebben ons gefocust op ingewikkelde patronen. De techniek ligt vrij hoog.”

Lady Gaga wordt gezien in je ontwerpen. Wat doet dat met je?

“Ik denk dat ik net iets te nuchter ben om daarvan helemaal uit mijn dak te gaan. Maar als dat gebeurt, weet je dat je goed bezig bent. Ik wil graag vernieuwing in de mode, en het is natuurlijk een eer als iemand als Lady Gaga mijn ontwerpen waardeert.”

Je presenteert vier collecties per jaar, wordt dat nooit te veel?

“Je moet me nu eens zien zitten in een hoek van een restaurant gepropt met mijn jas aan en sjaal om, ik ben best wel moe. Maar alles is te doen met een goede planning. Ik ben verslaafd aan mijn vak.”

Waarom toon je de collectie wel in Parijs, maar niet op de Amsterdam Fashion Week?

“Het is mijn streven om het merk wereldwijd op de markt te brengen. Als die ene soapster in Nederland mijn collectie draagt, blijft het zo binnen de grenzen. Wat niet verkeerd is, maar we willen een afzetmarkt bereiken die veel landen bestrijkt. We moeten gewoon een keuze maken.”

Zou het de AFW niet een boost geven als Nederlandse ontwerpers als jij en bijvoorbeeld Jan Taminiau ook in Nederland blijven showen?

“Ja, dat idee snap ik zeer zeker. Ik heb vorig seizoen ook op de modeweek in Amsterdam gestaan. Maar ik denk ook dat de Amsterdam Fashion Week een mooie springplank is voor beginnende ontwerpers, ik ben daar ook ooit begonnen. Het is aan ontwerpers om kansen te pakken en Nederland is naar mijn mening gewoon te klein.”

Waar zie je het merk over een aantal jaar?

“Ik heb het gevoel dat ik nu nog aan het begin sta. Er moet nog veel gebeuren om een internationaal gewaardeerd modehuis te worden. We hebben wel een stappenplan om in de toekomst ook met tassen en parfum te komen. Maar eerst is het belangrijk om de handtekening van het merk goed neer te zetten.”

Leave a Reply