‘Met dokter praten over ontlasting wordt als taboe gezien’

Dat blijkt woensdag uit onderzoek in opdracht van probioticafabrikant Winclove onder ruim 1.000 respondenten. Volgens hen is dit is zorgelijk, omdat we steeds meer gezondheidsinformatie uit ontlasting kunnen halen.

Acht op de tien respondenten realiseren zich dat er een verband is tussen ontlasting en gezondheid. Desondanks schaamt bijna een kwart van de bevolking zich dusdanig om over ontlasting te praten, dat ze het net niet zelf bespreekbaar maken bij de huisarts.

Dit geldt sterker voor vrouwen dan voor mannen. Bijna 60 procent geeft aan dat dokters niet of nauwelijks naar hun ontlasting vragen.

“Dat is vreemd: het achterhalen van de oorzaak van een verandering of afwijking in de ontlasting (geur, kleur, structuur) kan belangrijke informatie geven over de mogelijke oorzaak van ziekte en de behandeling daarvan”, vertelt Eke Teekens voedingskundige en Director Healthcare bij Winclove.

Niet alleen wordt er bij de dokter niet gesproken over ontlasting, ook het eetpatroon van de patiënt blijft onbesproken. Bijna 60 procent van de Nederlanders geeft aan dat de dokter niet of nauwelijks vraagt naar het eetpatroon. “Dit is een gemiste kans. Voeding is een cruciale basis voor je gezondheid,” aldus Teekens.


Voeding

Uit het onderzoek blijkt dat Nederlanders wel degelijk een verband zien tussen voeding en ontlasting. Ook geeft bijna twee derde aan dat voeding van invloed is op zijn gemoedstoestand.

Een groep die bijna even groot is, zegt zich beter te voelen als hij bepaald voedsel eet. Teekens: “Daarom is het onbegrijpelijk dat deze onderwerpen in de dokterskamer onbesproken blijven.”

Volgens driekwart van de respondenten betekent een goede stoelgang dat je iedere dag poept. En bijna de helft poept ook één keer per dag; een kwart zelfs twee keer. Tot slot kijkt twee vijfde van de respondenten af en toe naar zijn ontlasting: 30 procent doet dit zelfs altijd.

Leave a Reply