Dat vertellen oprichters Lena en Laurens van der Wal, architectuurstudenten aan de TU Delft, aan NU.nl. “Voor onze eerste klant ontwerpen we nu een huisje in Alkmaar. Dat wordt 2,5 meter breed en 6,5 meter lang, met een aparte badkamer en slaapkamer.”
De broer en zus zijn al jaren gefascineerd door de in Amerika begonnen ‘tiny house movement’. In dat land is de trend al jaren flink groeiende. De huisjes tellen vaak nog geen vijftig vierkante meter.
“Een klein huisje is financieel aantrekkelijk en duurzaam. Maar het staat vooral voor een andere manier van leven. Door voor minder ruimte te kiezen, ga je je minder richten op spullen en meer op bijvoorbeeld relaties”, zegt Lena van der Wal.
Drie typen
Die behoefte leeft ook in Nederland, merkt het duo. Helaas is hier minder bouwvrijheid dan in de Verenigde Staten. “Het bouwbesluit schrijft minimale afmetingen voor. Dat is gelukkig te omzeilen door een klein huisje op een onderstel met wielen te zetten”, zegt van der Wal.
Kleine huisjes zijn zelfvoorzienend en worden vaak door particulieren gebouwd. Laurens en Lena van der Wal willen als architect een steentje bijdragen.
Zij willen drie typen kleine huisjes ontwerpen. Dat zijn, op volgorde van klein naar groter, ‘micro’, ‘tiny’ en ‘small’. “Mensen met een gezin zouden kunnen kiezen voor de grootste variant. Hoe klein het huisje precies is maakt volgens ons niet zoveel uit. Het gaat om de gedachte dat je niet meer ruimte wil dan nodig is.”
Almere
De studenten zijn ook in gesprek met de gemeente Almere. In de wijk Almere-Poort wordt mogelijk een deel gereserveerd waar kleine huisjes mogen worden gebouwd.
Volgens Van der Wal is Nederland klaar voor kleine huisjes. “Er is een trend richting meer minimalisme en onthaasten. Mensen die met pensioen gaan verblijven vaak liever in hun zeilboot of bungalow dan hun gewone, grote huis.”