In 2013 nam bijna 10 procent van de studenten een tussenjaar. In 2015 is dit aantal gedaald naar 4,9 procent, blijkt uit de Startmonitor van EP Nuffic onder ruim achttienduizend hoogopgeleide studenten.
Onder wo-studenten is de daling nog groter. Daar nam in 2013 nog 9,6 procent van de studenten een tussenjaar, tegenover de 2,9 procent in 2015. EP Nuffic zegt dat de daling is te verklaren door de afschaffing van de basisbeurs. In 2015 is het leenstelsel ingevoerd, waardoor studenten moeten lenen om hun studie te bekostigen.
Jongeren die een tussenjaar nemen kiezen vaak om te gaan backpacken in het buitenland of om een jaar te gaan werken.
Taal en cultuur
Tussen de verschillende opleidingen is ook een verschil te zien. Onder de studenten in taal en cultuur kiest zo’n 15 procent voor een tussenjaar. Bij agrarische opleidingen is dit aanzienlijk minder: 4 procent. Ook rechten- (1,7 procent) en onderwijsstudenten (4,5 procent) kiezen relatief minder vaak voor een tussenjaar.
Studenten met een tussenjaar die hebben gereisd hebben vaker contact met leeftijdgenoten in het buitenland (52 procent), dan scholieren die in hun tussenjaar hebben gewerkt (14 procent) of geen tussenjaar hebben genomen (12 procent).