‘Tieners roken en drinken vaker bij ouderlijke afwezigheid op jonge leeftijd’

Onderzoekers van de University College London onderzochten data uit de UK Millennium Cohort Study. Hiervoor werden gezondheidsgegevens gebruikt van bijna 19.000 kinderen die werden geboren tussen 2000 en 2002.

Gedurende verschillende momenten in hun leven werden de kinderen en hun ouders ondervraagd door middel van enquêtes. Tijdens het elfde levensjaar kregen alle kinderen de vraag of zij ooit hadden gerookt of alcohol hadden gedronken.

Ouderlijke afwezigheid werd gedefinieerd als het ‘verlies’ van een ouder door dood of een scheiding op een leeftijd van zeven jaar of jonger. Dit was bij een op de vier kinderen het geval. Binnen deze groep kwamen kinderen 2,5 keer zo vaak in aanraking met roken voor hun elfde levensjaar.

Ook werd een stijging van 46 procent geconstateerd van het aantal kinderen dat voor die leeftijd alcohol had geconsumeerd.


Cijfers

Zowel het nuttigen van alcohol als roken verschilde als er gekeken werd naar het opleidingsniveau van de ouders, geboortegewicht en de leeftijd van de moeder bij de geboorte.

De onderzoekers benadrukken dat het om een observationele studie gaat waarbij geen direct verband tussen oorzaak en gevolg aangetoond kan worden. Toch vinden de onderzoekers dat de studie benadrukt dat gewoonten die op een vroege leeftijd worden aangeleerd vaak het gedrag op latere leeftijd bepalen.

Onderzoeker Rebecca Lacey denkt dat kinderen uit gebroken gezinnen extra steun nodig hebben. “Sommige kinderen beginnen mogelijk aan roken en drinken om zo met hun gevoelens om te kunnen gaan.”

De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in Archives of Disease in Childhood.

Leave a Reply