Wereldwijd steeds meer plastic in drinkwater

In de Verenigde Staten zit ook veel plastic in het drinkwater. Onderzoekers tapten kraanwater af in onder meer de Trump Tower, het gebouw van het Congres en het Amerikaans milieuagentschap. Liefst 94 procent van het geteste water bleek vervuild.

Het drinkwater in Europa bleek het minst vervuild. De monsters uit Groot-Brittannië, Frankrijk en Duitsland waren relatief schoon, hoewel er plastic werd ontdekt in 72 procent van het onderzochte kraanwater.

De toezichthouder van het onderzoek door de wetenschapsjournalisten van Orb Media, een plasticexpert van de State University of New York, maakt zich grote zorgen.

Het is bekend dat dieren door de aanwezigheid van plastic in hun water kampen met gezondheidsproblemen. Het lijkt erop dat ook mensen toenemend gevaar lopen.

Ryanair komt met nieuwe regels voor meenemen handbagage

Voortaan mogen alleen passagiers die gebruikmaken van priority boarding – waarvoor extra moet worden betaald – nog twee stuks handbagage mee aan boord nemen.

Anderen mogen enkel één kleine draagtas met de afmetingen 35x20x20 centimeter mee het vliegtuig in nemen. Als zij een tweede, grotere tas of koffer meenemen, wordt die kosteloos in het bagageruim geplaatst.

Ryanair komt met nieuwe regels omdat te veel mensen twee stuks handbagage mee het vliegtuig in namen. Daarvoor was niet genoeg ruimte in de cabines en dat zorgde voor vertraging bij het in- en uitstappen.

Om het inchecken van bagage aan te moedigen, verlaagt Ryanair de tarieven van 35 naar 25 euro. Het maximaal toegestane gewicht wordt verhoogd van 15 naar 20 kilo.

Anti-rookbeleid heeft positiever effect op gezondheid kinderen dan gedacht

Dat zou blijken uit een onderzoek dat woensdag in The Lancet wordt gepubliceerd. Ook het aantal te vroeg geboren baby’s zou door het verbannen van de sigaret uit de horeca en op het werk met bijna vier procent verminderen. Bovendien daalt het aantal kinderen met zware astma-aanvallen met 10 procent, schrijven de wetenschappers. 

Tijdens het onderzoek van het Erasmus MC en de universiteit van Edingburgh werden 41 studies uit Noord-Amerika, Europa en China geanalyseerd. Ook werd gebruik gemaakt van eerder geschreven artikelen en citaten over het rookbeleid van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en het effect daarvan op kinderen.

In totaal werden 57 miljoen geboorten en 2,7 miljoen ziekenhuisopnames geanalyseerd. Daarbij werd vooral gelet of de gezondheid van kinderen verbeterde nadat de overheid maatregelen had ingevoerd als rookvrije plekken en accijnsverhogingen. De onderzoekers hielden rekening met andere factoren die de gezondheid van een kind kunnen beinvloeden, zoals de leeftijd van de moeder en de afkomst. 


Gezondheidsrisico’s

Kinderen die na de geboorte met een ouder meeroken hebben het grootste risico op een ernstige luchtweginfectie. Maar ook wanneer het kind tijdens de zwangerschap rook via de moeder of haar partner binnenkrijgt kan de ongeboren baby schade aan de luchtwegen oplopen, zeggen de onderzoekers. Daarnaast hebben kinderen van moeders die tijdens hun zwangerschap roken een hoger risico op vroeggeboorte en een lager geboortegewicht met nadelige gezondheidsrisico’s op latere leeftijd tot gevolg.

“Onze studie toont aan dat het rookvrijbeleid wereldwijd effect heeft en dat een goede aanpak veel leed bespaart”, zegt Jasper Been, onderzoeker en kinderarts van het Erasmus MC. “Ook in Nederland worden jaarlijks rond de 8.000 kinderen opgenomen met ernstige luchtweginfecties zoals een longontsteking of bronchitis. Hoewel de Nederlandse wetgeving minder streng is dan in veel andere landen, is dus ook hier veel gezondheidswinst mogelijk. Het is belangrijk dat maatregelen waarvan het effect bewezen is versneld worden ingevoerd, zoals rookvrije omgevingen en het verhogen van de accijns op tabak.”

“De invloed van andere maatregelen op de gezondheid, zoals het verminderen van de prijsverschillen tussen sigarettenmerken, is op dit moment onderwerp van verder onderzoek.”

‘Lange mensen lopen meer risico op trombose’

Dat stellen Zweedse wetenschappers in Circulation: Cardiovascular Genetics.

Zij bestudeerden data van meer dan twee miljoen Zweedse broers en zussen en constateerden onder meer dat het risico op trombose het kleinst was bij de kleinste mannen en vrouwen.

Het risico bij mannen die kleiner waren dan 1.60 meter, was 65 procent kleiner dan bij mannen die 1.88 meter of groter waren. Bij vrouwen die kleiner waren dan 1.55 meter verminderde het risico op trombose met 69 procent vergeleken met vrouwen langer dan 1.83 meter.

“Aan lengte valt niets te doen”, zegt hoofdonderzoeker Bengt Zöller. “We zien wel dat de lengte van de bevolking blijft toenemen, wat mogelijk bijdraagt aan het feit dat trombose vaker voorkomt.”


Zwaartekracht

Volgens Zöller heeft zwaartekracht mogelijk iets te maken met het verband tussen lengte en trombose. “Langere personen hebben langere aderen in hun benen en dus een grotere oppervlakte waar problemen kunnen optreden. Ook heeft zwaartekracht meer invloed op de beenaderen van langere personen, waardoor het bloed misschien langzamer wordt rondgepompt.”

Een tekortkoming van de studie was dat de onderzoekers geen informatie hadden over de jeugd van de deelnemers, het milieu waarin ze opgroeiden en het dieet dat ze volgden.

In Nederland is de gemiddelde man bijna 1.83 meter lang. Vrouwen zijn gemiddeld 1.69 meter lang.

‘Honderden internationale studenten kunnen geen kamer vinden’

Daarvoor waarschuwt de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) woensdag.

”Universiteiten hebben de studenten die nu op straat staan actief geworven. Zij moeten snel hun verantwoordelijkheid nemen door een oplossing te organiseren”, zegt LSVb-voorzitter Tariq Sewbaransingh.

De studentenorganisatie richtte vorige maand een meldpunt op voor studenten met huisvestingsproblemen. Volgens Sewbaransingh komen daar veel schrijnende verhalen binnen.

”Veel studenten zijn, net zoals hun Nederlandse studiegenoten, maanden op zoek naar een kamer. Een Britse student sliep zelfs al maanden hier op banken zodat hij kon hospiteren”, vertelt de voorzitter.

“Uiteindelijk besloot hij zich uit te schrijven bij de universiteit en terug te gaan naar huis, nadat hij na vier maanden nog geen kamer had gevonden.”


Amsterdam

Het woonruimteprobleem lijkt met afstand het grootst in Amsterdam. Studentenorganisatie ASVA onderschrijft dit. De organisatie wil dan ook dat de Universiteit van Amsterdam (UvA) “onmiddellijk” maatregelen neemt om de studenten onderdak te bieden.

Internationale studenten die geen kamer hebben, kunnen voor 555 euro op een wachtlijst worden gezet om zo toch nog in aanmerking te komen voor een kamer. “De kans om daadwerkelijk een kamer te krijgen als je eenmaal op de wachtlijst staat, is volgens de UvA zelf echter ontzettend klein. Internationale studenten zonder sociaal vangnet zijn dus op zichzelf aangewezen”, aldus de ASVA.

Een woordvoerster van de UvA laat weten dat de universiteit al “heel veel” internationale studenten aan een kamer heeft geholpen. “Begin juli hadden we een wachtlijst van vijfhonderd studenten, dat is nu teruggebracht tot 34. We doen ontzettend ons best om ook voor deze studenten woonruimte te vinden. Maar we kunnen niet toveren, de woningmarkt in Amsterdam is überhaupt heel krap”, aldus de zegsvrouw.

Ruim 30 procent van mensen met uitkering krijgt psychische zorg

Gemeenten, de ggz en uitkeringsinstantie UWV gaan samenwerken om dit percentage omlaag te brengen.

Het zijn vooral uitkeringsgerechtigden die arbeidsongeschikt zijn en mensen in de Ziektewet die gebruik maken van de geestelijke gezondheidszorg (ggz) en/of geneesmiddelen gebruiken bij de behandeling van psychische ziekten. Bijna 17 procent krijgt hulp van de ggz, terwijl 24 procent medicatie krijgt. Het gaat om cijfers uit 2013.

In de eerste tien jaren van deze eeuw zijn de uitgaven voor de ggz verdubbeld. Dat is nog zonder de kosten voor medicatie. Uit het onderzoek blijkt dat uitkeringsgerechtigden voor 58,2 procent van de totale kosten van de geestelijke gezondheidszorg verantwoordelijk zijn.

Staatssecretaris Jetta Klijnsma (Sociale Zaken) stelt 3,5 miljoen euro beschikbaar om de samenwerking tussen betrokken instanties te verbeteren. ”Samenwerking tussen gemeenten, UWV, ggz en werkgevers is cruciaal om mensen met een psychische aandoening naar werk te begeleiden. Het geld dat ik nu beschikbaar stel moet de regionale samenwerking een extra impuls geven.”


‘Werken is meedoen’

Mensen met een psychische aandoening vinden heel moeilijk een baan. Volgens Jacobine Geel van GGZ Nederland is werk juist heel belangrijk voor mensen met psychische klachten. ”Werken is meedoen. Het helpt enorm bij het herstel van een psychische aandoening.”

Uit het onderzoek komt verder naar voren dat relatief weinig werkenden gebruik maken van de ggz. Het gaat om 9,6 procent. Er is weinig verschil tussen zelfstandigen of mensen in vaste dienst. Van scholieren van achttien jaar en ouder krijgt 9,8 procent psychische zorg.