Traumachirurgen melden minder maar ernstiger letsel door vuurwerk

De NVT heeft dit jaar ruim zeventig patiënten met vuurwerkverwondingen gerapporteerd, onder hen waren 33 kinderen. Hoewel dat er minder zijn dan de 102 van de vorige jaarwisseling, zijn de verwondingen een stuk ernstiger.

Dit jaar kwamen patiënten binnen met open botbreuken, ernstige brandwonden en amputaties. Ook hadden enkele patiënten zwaar aangezichtsletsel en een paar patiënten schedelhersenletsel.

Bij 30 procent van de vuurwerkslachtoffers moest diezelfde nacht of de volgende dag nog geopereerd worden. Bij eenzelfde percentage is er waarschijnlijk sprake van blijvende schade, waarbij het gaat om amputaties, functieverlies van handen of ogen en permanente littekens.

20 procent van de vuurwerkverwondingen worden veroorzaakt door illegaal vuurwerk, bij 55 procent om legaal vuurwerk. De overige 25 procent is onbekend.

‘Obesitas bij ouders gelinkt aan vertraagde ontwikkeling kind’

De onderzoekers van het NIH’s Eunice Kennedy Shriver instituut gebruikten de data van een eerdere studie uitgevoerd onder vijfduizend vrouwen en hun kinderen. De kinderen werden gevolgd vanaf ongeveer vier maanden tot hun derde levensjaar en in totaal zo’n zes keer gecheckt door een kinderarts.

De moeders en vaders werden aan het begin van het onderzoek gewogen en gevraagd naar hun gezondheid. Daardoor konden de onderzoekers de gegevens van kinderen met ouders met een gewoon gewicht en kinderen met ouders met overgewicht vergelijken.

De onderzoekers concludeerden aan de hand van de cijfers dat kinderen met obese moeders 70 procent meer kans hadden om een proef die de motoriek van jonge kinderen test, niet te halen. De kinderen hadden 75 procent meer kans om de test om hun sociale vaardigheden niet te halen. Die kans werd in beide gevallen groter als beide ouders obees waren.

Het is onduidelijk waardoor deze link ontstaat. De wetenschappers wijzen er in hun studie, gepubliceerd in het tijdschrift Pediatrics, op dat meer onderzoek nodig is om de reden voor het verband te achterhalen.

‘Biologische wijn scoort beter op smaak dan ‘gewone’ wijn’

De recensies die werden vergeleken, stonden in drie van de best beoordeelde wijntijdschriften van de wereld. Voor de tijdschriften werken bekende sommeliers en andere wijnkenners.

De onderzoekers vergeleken de recensies van 74.148 wijnen uit Californië, die allen geproduceerd waren tussen 1998 en 2004. De recensenten deden blind smaaktesten. In de studie, gepubliceerd in Journal of Wine Economics werden ruim dertig verschillende wijnsoorten met elkaar vergeleken.

Op een maximale score van 100 punten scoorden biologische wijnen gemiddeld 4,1 punt hoger dan hun niet-biologische tegenhanger.


Pesticiden

De wetenschappers van de Amerikaanse universiteit onderzochten de wijnen niet, maar spraken het vermoeden uit dat doordat er geen pesticiden worden gebruikt bij het produceren van biologische wijnen, de druiven beter op smaak zijn.

In 2012 voerden wetenschappers van de universiteit van Stanford een uitvoerig onderzoek uit. Daarbij lieten ze deelnemers blind biologisch voedsel en niet-biologisch voedsel beoordelen. Zij concludeerden dat er weinig verschil is in smaakbeleving.

Jongeren blijven langer thuis wonen

Het CBS heeft verhuiscijfers onderzocht in de maanden juli tot en met oktober.

Vooral de 19-jarigen bleken langer thuis te blijven. Het aantal verhuisde 19-jarigen daalde met 7 procent ten opzichte van 2015. Als er een correctie gedaan wordt door het aantal Syrische 19-jarige jongeren dat een huis kreeg in studentensteden ervan af te trekken, dan is er zelfs sprake van 10 procent.

Volgens het CBS zette de daling in het studiejaar 2014/2015 al in, toen het nieuwe studiefinancieringsstelsel werd ingevoerd, waardoor de basisbeurs niet langer een gift is, maar een lening.


Kritisch

Voorzitter Jan Sinnige van het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) is kritisch naar aanleiding van het rapport. “Studentensteden mogen geen bolwerken van rijkeluiskindjes worden. Uit huis gaan moet voor elke student mogelijk zijn en niet voorbehouden blijven aan diegenen waarvan de ouders een dikke portemonnee hebben.”

‘Je hoeft het roer niet om te gooien in januari als je van feestkilo’s af wil’

“Het is prima als je op 1 januari wil beginnen met afvallen, maar doe dat niet te extreem”, zegt Van Cruchten tegen NU.nl.

“Ik zie vaak dat mensen zichzelf van alles ontzeggen. Dat houden ze een paar weken vol en dan vervallen ze weer in hun oude patronen. Ik zeg altijd: je hebt die kilo’s er niet alleen in december aan gegeten, maar in een heel jaar.”

“Het gaat niet om de periode tussen sinterklaas en oud en nieuw, maar om de periode tussen oud en nieuw en sinterklaas”, vult Verheijen aan.

“Mensen willen vaak te snel resultaat zien”, stelt Van Cruchten. “Maar hoe sneller de kilo’s eraf gaan, hoe sneller ze er vaak weer bij zitten. Wil je blijvend afvallen, dan moet je je eetgedrag aanpassen en dat kost even tijd.”


Bezorgd

Van Cruchten en Verheijen krijgen vaak vóór de feestdagen al bezorgde cliënten in hun praktijk. “Dan vragen ze me hoe ze het moeten aanpakken in december”, aldus Van Cruchten. “Maar eigenlijk heb je maar vier echte feestdagen: sinterklaas, Eerste en Tweede Kerstdag en oudejaarsavond. De rest van de maand kun je ‘normaal’ eten.”

“Die kleine periode maakt over een heel jaar gezien niet heel veel uit”, vindt ook Verheijen. “Op dagen dat er feestjes zijn, moet je er van genieten. Op andere dagen kun je gewoon volwaardige, gezonde voeding eten.”

Verder vinden beide diëtisten dat een patatje of een gebakje op z’n tijd moet kunnen. “Wees niet te streng voor jezelf”, zegt Van Cruchten. “Je hoeft echt niet het roer om te gooien; je moet gewoon opletten.”


Resetten

“Wat ik wel altijd adviseer, is om in januari even te “resetten”. Eet gewoon weer wat je nodig hebt: brood, graanproducten en aardappelen, groente en fruit, vis, peulvruchten, vlees, ei, noten en zuivel”, aldus Verheijen.

“Probeer te minderen met de dingen die je in december voorgeschoteld kreeg. Dat kan lastig zijn, want vaak heb je nog allerlei lekkere dingen in huis en die wil je ook niet weggooien. Bouw het daarom langzaam af.”