Feit of fabel: alles over honing

1. Honing is net zo “ongezond” als suiker: feit 
“Honing bestaat voor 80 procent uit suiker. De rest is met name water. Het is dus suiker in een vloeibare vorm. Suiker levert energie, maar voorziet je lichaam niet van de nodige vitamines, mineralen en vezels. Dit geldt voor alle soorten suiker en voor honing, siropen en stropen. Het wordt weleens gezegd dat honing beter voor het lichaam is dan gewone kristalsuiker omdat het natuurlijker zou zijn en er gunstige voedingsstoffen in zitten, maar je lichaam verwerkt alle soorten suiker op dezelfde manier en de hoeveelheid gunstige voedingsstoffen is zo gering dat het geen bijdrage levert aan de gezondheid.”

2. Honing die ‘kristalliseert’ in de pot kun je niet meer eten: fabel
“Honing bederft niet snel vanwege de hoge hoeveelheid suikers. Je kunt gekristalliseerde honing nog eten. Het ziet er minder smakelijk uit, maar is nog steeds veilig om te eten. Door honing heel voorzichtig op te warmen, kun je het weer vloeibaar maken. Let wel om het niet warmer dan 40 graden te maken.”

3. Honing die niet biologisch is, is niet duurzaam: fabel
“Sinds 2015 is er pas biologische honing uit Nederland beschikbaar. ‘Biologisch’ betekent dat bijenkasten zo moeten worden geplaatst dat bronnen van stuifmeel en nectar binnen een straal van drie kilometer voor het grootste deel bestaan uit biologische gewassen of ‘spontane vegetatie’ (maaien, snoeien en begrazen) waarop geen gewasbeschermingsmiddelen worden toegepast. Daarnaast moeten de bijenkasten zijn gemaakt van natuurlijke materialen als hout en stro. Ook geldt biologische bijvoeding voor bijen als voorwaarde en dient de was om de raatbouw te structureren zuiver te zijn. Dit is in lijn met de Europese verordening voor biologische landbouw.”

“Dat wil niet zeggen dat honing die niet gecertificeerd is als biologisch niet duurzaam zou zijn. Diverse soorten honing komen van gebieden waar de nectar uit het wild gehaald wordt (spontane vegetatie), of waar weinig bestrijdingsmiddelen gebruikt worden. Bovendien dragen zowel biologisch gehouden als andere bijenvolken bij aan de noodzakelijke bestuiving van veel landbouwgewassen. In feite zijn bijen een onmisbaar onderdeel van het ecosysteem en dragen ze bij aan een duurzaam voedselsysteem.”

4. Honing past goed thuis in een gevarieerd dieet: feit en fabel
“Honing staat niet in de Schijf van Vijf. Maar als je gevarieerd volgens de Schijf van Vijf eet, kun je elke dag ook een paar keer iets kleins kiezen buiten de Schijf van Vijf, zoals honing op je brood of in je yoghurt.”

5. Rauwe honing is een betere keuze dan ‘supermarkt’-honing: fabel
“De bijdrage die honing binnen een gezond voedingspatroon kan leveren aan de inname van nutrienten is verwaarloosbaar. Door de hoeveelheid suiker past er namelijk slechts af en toe een klein beetje in een gezond eetpatroon. Hoewel verhitting van honing een effect kan hebben op een aantal van de stoffen in honing, maakt het dus voor de gezondheid niet uit of je rauwe, koud geslingerde of verhitte honing gebruikt. Smaak en substantie kunnen mogelijk wel veranderen. Qua veiligheid maakt het niets uit.”

6. Alle soorten ‘bijzondere’ honing (zoals acacia- en lavendelhoning) krijgen die titel puur mee voor marketing: fabel
“Deze naam geeft aan van welke bloemensoort de honing vooral is gemaakt.  Dit is verder niet wettelijk geregeld, dus het is niet geregeld welk deel van de honing afkomstig  moet zijn van betreffende bloemensoort.”

7. Honing hoeft niet gekoeld bewaard te worden: feit
“Dat klopt. Een geopende verpakking honing kun je in de keukenkast tot een jaar bewaren.”

8. Honing werkt geneeskrachtig (onder meer tegen verbrande huid): feit
Ruby van den Heuvel: “Eigenlijk werken alle producten die de bij voortbrengt in meer of mindere mate geneeskrachtig. Honing kan inderdaad ingezet worden bij een brandplek. De honing werkt dan pijnstillend, ontsmettend en genezend. Zorg er wel voor dat de plek niet te groot is. Gaat het om een grotere brandplek (bijvoorbeeld veroorzaakt door de zon), dan is het verstandig de honing te mengen met bijvoorbeeld kwark voor een extra koelend effect. De honing alleen werkt dan vaak te afsluitend op de huid, waardoor het branderige gevoel er niet uit kan. Andere gebieden waarin de geneeskrachtige werking van honing goed kan worden ingezet, zijn wondverzorging en verkoudheid met hoest en keelpijn.”

9. Honing is niet geschikt voor baby’s: feit
Van den Heuvel: “Dat klopt. Honing kan besmet zijn met sporen van botulismebacteriën. Hierdoor kunnen kleine kinderen, bij wie het immuunsysteem en de darmflora zich nog moeten ontwikkelen, ziek worden. De infectie zou dan worden veroorzaakt door de inname van sporen die zich in de honing bevinden en die in het maag-darmkanaal kunnen gaan uitgroeien tot echte bacteriën. Botulisme wordt uiteindelijk veroorzaakt wanneer de bacterie kolonies gaat vormen in het darmkanaal en hier de stof botuline gaat produceren. Via opname van deze giftige stof wordt de baby uiteindelijk ziek.”

10. Honing werkt goed tegen hooikoorts: feit en fabel
Van den Heuvel: “Beter werken de bijenproducten bijenpollen of bijenbrood, waarvoor de grondstof stuifmeel van bloemen is. Honing bevat ook minieme hoeveelheden van dit stuifmeel (in volksmond ook wel pollen genoemd) en kan daarom bijdragen aan hooikoortsdesensibilisatie. Vaak is echter ook een kuur nodig met bijenpollen en/ of bijenbrood. Hier zijn goede behandelschema’s voor.”

‘Test ontwikkeld die terugkerende blaaskanker al in vroeg stadium aantoont’

Voor een studie, die vrijdag gepubliceerd werd in de British Journal of Cancer, testten onderzoekers van het universiteitsziekenhuis in Lyon de urine van 348 blaaskankerpatiënten op een defecte proteïne genaamd TERT.

De aanwezigheid van deze proteïne zou volgens de onderzoekersbij 80 procent van de patiënten gevonden zijn en aan hebben getoond dat zij in de nabije toekomst opnieuw blaaskanker zouden kunnen krijgen. De standaardmethode, genaamd cytology, die gebruikt wordt om terugkerende blaaskanker te voorspellen, vond de proteïne bij maar 43 procent van de geteste patiënten.

De nieuwe test zou, in een vroeger stadium dan bij de cytology-test, blaaskanker die nog niet is uitgezaaid naar de spierwand, kunnen detecteren. Dokters zouden hierdoor al met een behandeling kunnen starten voordat bij de patiënt symptomen te zien zijn. Een ander voordeel van de nieuwe test zou zijn dat deze blaaskanker van een urineweginfectie kan onderscheiden.


Machine

Professor Alain Ruffion, een van de onderzoekers van het universiteitsziekenhuis in Lyon zegt: “Bij de standaard cytology-test is er altijd een dokter nodig die de resultaten door een microscoop bekijkt. De uitslag van de TERT-test wordt daarentegen gelezen door een computer, wat een meer simpelere en accurate manier is,” aldus de onderzoeker.  

Anna Perman, senior wetenschapsinformatie manager bij Cancer Research UK, zegt dat de studie veelbelovend is. “Er is wel meer onderzoek nodig om te zien of deze test meer mensen die in een vroeg stadium van blaaskanker zitten, op tijd kan helpen.”