Longfonds wil van buitenzwembaden rookvrije zones maken

Directeur Michael Rutgers dinsdag in een persbericht. “Daar spelen veel kinderen en dat maakt buitenzwembaden juist een plek waar rookvrij de norm zou moeten zijn. Met het stappenplan rookvrij spelen hopen we dat zwembaden hier deze zomer nog mee aan de slag gaan.”

Het Longfonds ziet dat er steeds meer Nederlanders voorstander zijn om plekken waar kinderen spelen rookvrij te maken. Dat geldt niet alleen voor de speeltuin en kinderboerderij, maar ook voor een speelplek als het buitenzwembad.

Uit onderzoek, uitgevoerd door Kantar Public in opdracht van KWF Kankerbestrijding (2017), blijkt dat bijna de helft van de Nederlanders (48 procent) voorstander is van een rookvrije speel- en ligweide bij het zwembad. In 2009 was dit nog minder dan een kwart van de mensen (23 procent).


Pretparken

Sinds maart is het niet meer toegestaan om een sigaret op te steken in de wachtrijen voor attracties in grote Nederlandse pretparken. Daartoe hebben 21 parken, verenigd in de Club van Elf, besloten. Bij de Club van Elf zijn de grootste attractieparken aangesloten, waaronder de Efteling, Diergaarde Blijdorp, Duinrell, Toverland, Madurodam en Walibi. In sommige van deze parken was roken al langer verboden.

Reddingsbrigade waarschuwt voor muien in zee

Tien keer was er sprake van een levensbedreigende situatie. Daarom waarschuwt de Reddingsbrigade deze week nog eens extra voor de gevaren van een mui.

Een mui is een geul die loodrecht op het strand staat waardoor water met veel kracht naar zee stroomt. Wie in een mui zit, moet zich laten meevoeren en als de stroming minder krachtig wordt, schuin weg zwemmen en met een boog terug naar het strand gaan.

“Veel badgasten weten niet wat een mui is en raken in paniek als ze tegen de stroom in proberen te zwemmen”, zegt Elske Hoving van de Reddingsbrigade.


Verdrinkingen

Voor de komende dagen is mooi weer voorspeld. De Reddingsbrigade adviseert badgasten en watersporters goed op de strandborden die bij de strandopgang staan te kijken en te letten op de vlaggen. Bij een rode vlag mag er niet gezwommen worden en bij een oranje windzak mag je niet met een luchtbed of rubberboot de zee op.

Hoewel het aantal zwemgerelateerde verdrinkingen al jaren stabiel is met ongeveer acht per jaar, ziet de Reddingsbrigade wel dat badgasten minder goed op de hoogte zijn van gevaren en betekenis van bijvoorbeeld vlaggen.

Inspectie voor de Gezondheidszorg waarschuwt Westfriesgasthuis

De IGZ bracht begin juni onaangekondigd een bezoek aan het ziekenhuis, dat daarop een lopende waarschuwing (‘aanwijzing’) kreeg. Zo bleek onder meer dat de procedures voor de aanschaf van medische technologie “onsamenhangend en onvolledig” zijn, meldde de inspectie in een maandag gepubliceerd rapport.

“In de aanschafdossiers ontbreken voor patiëntveiligheid essentiële onderdelen waaronder een risicoanalyse voorafgaande aan toepassing van medische technologie”, concludeerden de onderzoekers. Verder bleek het ziekenhuis niet goed bij te houden welke medewerkers bevoegd waren om bepaalde apparatuur te gebruiken.

De inspectie trof ook apparatuur aan waarop “door middel van een sticker kenbaar was dat het onderhoud was verlopen.” Het personeel zou echter niet hebben ingegrepen. Ook was er intern te weinig zicht op de onderhoudsstatus van verschillende apparaten.


Veiligheid

Het ziekenhuis is volgens de IGZ “langdurig in gebreke gebleven’” het Westfriesgasthuis voldeed niet aan het zogeheten Convenant Veilige toepassing van medische technologie in de medisch specialistische zorg. “Dit had na 1 januari 2016 wel het geval moeten zijn”, aldus de inspectie. Het ziekenhuis heeft inmiddels een actieplan opgesteld om orde op zaken te stellen.

Het Westfriesgasthuis benadrukt in een reactie direct aan de slag te zijn gegaan met verbeteringen. “We zijn daar volop mee bezig. Al sinds begin juni’”, stelt een woordvoerster, die benadrukt dat er “geen calamiteiten zijn geweest waarbij dit een rol heeft gespeeld” of waar het mee in verband gebracht kan worden. “Onze mensen zijn gewoon bekwaam. De technologie is goed”, aldus de zegsvrouw.

Hier moet je op letten als je naar een recreatieplas gaat

Nederland telt 230 officieel aangewezen buitenzwemplaatsen en die worden tijdens het zwemseizoen, dat loopt van 1 mei tot 1 oktober, gecontroleerd op onder meer blauwalgen.

Blauwalgen zijn kleine organismen die zich in het water bevinden en giftig kunnen zijn, waardoor je ziek kunt worden. Volgens persvoorlichter Cherryl Naarden van Rijkswaterstaat vind je ze vooral in troebel water. “Blauwalg kan bijvoorbeeld een turquoise kleur hebben, maar dat is lastig te herkennen als leek.”

Naarden raadt ook aan om vooral op de officiële buitenzwemplekken te gaan zwemmen. “Mocht je twijfelen of een meertje een officiele buitenzwemplek is, dan kun je altijd de zwemwatertelefoon bellen bij twijfel.” 


Boete

Zwemmen is op veel plaatsen niet alleen gevaarlijk, maar ook verboden. Op plekken als de vaarweg van rivieren, kanalen in de buurt van wachtplaatsen of afmeerplekken voor schepen, mag je niet zwemmen. Doe je dat wel, dan riskeer je een boete van 140 euro. In de buurt van een brug, sluis, stuw of ballenlijn, in de routes van veerponten, rond havens en in snelvaargebieden is het ook verboden. Op deze plekken mag je niet zwemmen omdat het gevaarlijk kan zijn door de stroming of dat de stroming er te sterk is.

De officiële buitenzwemplaatsen worden in de gaten gehouden door mensen van de Reddingsbrigade. Zij zijn niet alleen op het strand te vinden, maar ook bij recreatieplassen en houden toezicht op de zwemmers.

Ga je met je kinderen naar een meer, dan raadt de Reddingsbrigade aan om je kinderen zo goed mogelijk in de gaten te houden. “Spreek met elkaar een herkenbaar ontmoetingspunt af, bijvoorbeeld een ijscokar of een bepaalde boom”, zegt persvoorlichter Elske Hoving van de Reddingsbrigade. “Mocht je elkaar toch kwijtraken, dan kun je naar dat punt toegaan. Je kunt je kind ook een polsbandje met zijn of haar naam en jouw telefoonnummer erop geven, dat is ook handig als je elkaar kwijtraakt.”


Kinderen

“Is je kind nog heel klein, houd ‘m dan op maximaal een armlengte afstand”, zegt persvoorlichter Hoving. “Zorg er ook voor dat ze maximaal tot en met hun knieën het water in gaan. Uiteraard raden wij ook aan om alleen naar de officiële buitenzwemplaatsen te gaan.”

Mocht je je kind toch kwijtraken, dan is het verstandig om dat zo snel mogelijk bij de toezichthouder en de Reddingsbrigade te melden. Een verdwaald kind loopt meestal eerst met de zon in de rug weg en meisjes met lange haren lopen vaak tegen de wind in. Gelukkig worden vermisten vaak al binnen enkele uren gevonden.

Veilig op vakantie: zo voorkom je een inbraak

Iets minder dan drie jaar geleden lanceerde de rijksoverheid de campagne ‘Maak het ze niet te makkelijk’. Doel: burgers leren hoe ze inbrekers buitenshuis kunnen houden.

Het Nederlands Sleutel- en Slotenspecialisten gilde (NSSG) geeft online al enkele tips. Volgens het gilde is het voor inbrekers makkelijk te zien of bewoners voor langere tijd weg zijn, door post op de mat, gesloten gordijnen en niet brandende lampen.


Auto parkeren

Jan Kuipers, voorzitter van de Vereniging Erkende Beveiligingsbedrijven (VEB) onderschrijft de tips van het NSSG. “Veel van de basisdingen die mensen kunnen doen, kosten weinig tot niets. Zorg ervoor dat je huis er zo veel mogelijk bewoond uitziet. Gebruik tijdschakelaars en laat de post weghalen door buren.”

Boudewijn van der Garde, Specialist High Impact Crime bij de Nederlandse politie, vult Kuipers aan. “Bij een tijdschakelaar is het wel raadzaam om er eentje te kiezen die dagelijks van tijd wisselt waarop hij aangaat. Het is belangrijk dat het tijdstip waarop het licht aangaat niet door inbrekers te voorspellen is.”

Volgens Van der Garde is het ook aan te raden om de post die door de buren is weggehaald uit het zicht te leggen. “Wanneer de post op de eettafel op een stapel wordt gelegd kunnen dieven dit ook zien.”

Kuipers zegt dat daarnaast het belangrijk is om af en toe iemand in je huis te laten. “Inbrekers gebruiken soms trucjes, om te kijken of een deur open is geweest. Vraag ook een buurman of buurvrouw om de auto voor je deur te parkeren.”


Zwakke plekken

Naast het huis ‘bewoonbaar ogend’ maken, zijn er meer dingen waar bewoners rekening mee kunnen houden. “Sluit kleine luikjes boven ramen en deuren; dat zijn perfecte zwakke plekken voor inbrekers”, aldus Kuipers. “En laat het hang- en sluitwerk nog eens controleren voordat je op vakantie gaat.”

“Sloten zijn allemaal gecertificeerd via de zogenaamde SKG-normering, waarbij gewerkt wordt met één, twee of drie sterren. Een beetje slot heeft toch algauw twee sterren nodig, dus let daar goed op”, voegt Kuipers toe.

Volgens Van der Garde zou ook een kattenluik in sommige gevallen een gevaar kunnen vormen. “Een inbreker kan met een lang voorwerp of een kledinghanger via het luik naar de deurklink hengelen. Wanneer een deur niet op slot zit kan een dief op deze manier alsnog binnenkomen.”


3 L’en

Van der Garde vult aan dat de 3 L’en voor inbrekers bepalen of een inbraak succesvol af gaat lopen. “Allereerst vinden inbrekers het vervelend om in het licht te staan. Plaats bijvoorbeeld verlichting aan de buitengevel en verlicht donkere hoeken waar mensen zich schuil kunnen houden.”

“Lawaai is ook onaantrekkelijk voor een dief. Wanneer ze bijvoorbeeld een ruit moeten inslaan, zullen ze dit vaak niet ongemerkt kunnen doen”, legt Van der Garde uit. “Bij deze methode zullen mensen snel komen kijken en heeft een inbreker de kans om snel betrapt te worden.”

De derde factor is volgens Van der Garde “lang werken”. “Wanneer iemand lang moet werken om ergens binnen te komen, zal deze persoon sneller opgeven. Hoe langer de dief bezig is met het openmaken van een woning, hoe kleiner de slagingskans wordt.”


Alarmsysteem

Ook een alarmsysteem kan nuttig zijn. “Het voordeel van een alarmsysteem is dat je weet wanneer inbrekers binnen zijn. Bovendien heeft het twee effecten: ten eerste schrikt het inbrekers af als er een alarm afgaat, ten tweede komen mensen een kijkje nemen bij een alarm. Mits je jouw alarmsysteem doorkoppelt naar een centrale”, aldus Kuipers.

Dat laatste is een belangrijke voorwaarde, vindt hij. “Sommige inbrekers komen ook bij een alarm na tien minuten nog eens terug om te checken of er wel iemand komt. Als dat niet zo is, kunnen ze alsnog je huis leegroven. Laat een alarmsysteem daarom altijd aanleggen door een erkende installateur.”

Ook zou volgens Van der Garde een Whatsapp-groep met de buurt kunnen helpen. “Er is onderzoek gedaan naar gezamenlijke buurtpreventie en het blijkt dat het aantal inbraken met 50 procent kan afnemen wanneer buren alert zijn en elkaar waarschuwen voor mogelijk gevaar.”

Eigenlijk zijn het vooral de kleine dingen die ervoor moeten zorgen dat je ongewenste indringers buitenshuis houdt. “Mensen zijn gewoon erg gemakzuchtig. Onderschat het risico niet: doe altijd je deur op slot, ook als je maar eventjes weg bent”, zegt Kuipers. “Doe alles wat mogelijk is om je huis weer zo aan te treffen als je wegging. Het kost niet zoveel moeite.”