6 vragen over genetische modificatie

1. Wat is genetische modificatie?

Genetische modificatie is een techniek om de eigenschappen van bijvoorbeeld planten en bacteriën te veranderen. Bij zo’n genetisch gemodificeerd organisme (GGO) is een gen met een nieuwe eigenschap ingebouwd in het erfelijk materiaal.

Een voorbeeld is insuline, een onmisbaar medicijn voor mensen met diabetes. Dit insuline wordt gemaakt door een bacterie, waarin het menselijk gen voor insuline is ingebouwd.

2. Ik heb geen diabetes. Kom ik toch in aanraking met genetische modificatie?

Meestal wel, maar dan indirect. Bij veel voedingsmiddelen wordt in het fabricageproces genetische modificatie gebruikt. Een voorbeeld zijn de enzymen die nodig zijn bij de productie van brood, kaas en bier. Die enzymen zijn vaak afkomstig van genetisch gemodificeerde bacteriën, gisten en schimmels. Het kan ook zijn dat het vee gevoerd wordt met GGO-maïs en soja. Wij eten dan daarna het vlees, de zuivel en de eieren. En plantaardige olie en margarine kan gemaakt zijn van genetisch gemodificeerde soja of maïs.

3. Kan ik op het etiket zien of er genetische modificatie is gebruikt?

Meestal niet. Het hoeft alleen op het etiket vermeld te worden als een product meer dan 0,9 procent van een genetisch gemodificeerd ingrediënt bevat. Maar meestal is er niets meer van het genetisch gemodificeerd ingrediënt terug te vinden in het eindproduct. De enzymen voor het maken van brood, kaas en bier zitten vrijwel nooit meer in het eindproduct en ook van de genetisch gemodificeerde bacteriën, gisten of schimmels zelf is niets terug te vinden. En bij dierlijke producten hoeft het niet op het etiket vermeld te worden dat het vee gevoerd is met genetisch gemodificeerde soja en maïs.

Ook op sojaolie, maïsolie en daarvan gemaakte producten zoals margarine hoeft niets over genetische modificatie vermeld te worden. Dat komt omdat het erfelijk materiaal niet in de olie zit en de olie daardoor niet te onderscheiden is van ‘gewone’ olie. Erfelijk materiaal zit namelijk alleen in eiwitten.

4. Hoe kan ik dan toch genetisch modificatie vermijden?

Soms staat er op het etiket: bereid zonder gentechniek. Er is dan geen genetische modificatie te pas gekomen aan de productie. De ingrediënten zijn niet gemaakt met behulp van genetische modificatie en bij dierlijke producten is geen genetisch gemodificeerd veevoer gebruikt.

Of kies voor biologische voedingsmiddelen. In de biologische landbouw wordt geen gebruik gemaakt van genetische modificatie. Biologisch vee krijgt geen genetisch gemodificeerd veevoer. Toch mogen ook biologische producten maximaal 0,9 procent genetisch gemodificeerde ingrediënten bevatten. Dat komt omdat biologische gewassen vermengd kunnen raken met gentech-gewassen. Bijvoorbeeld door overwaaiend stuifmeel of bij vervoer in een vrachtwagen, waarin eerder genetisch gemodificeerde gewassen zijn vervoerd. 100 procent garantie dat een product GGO-vrij is, bestaat dus niet meer.

5. Ik zie bij de ingrediënten soms gemodificeerd zetmeel staan. Is dat ook genetisch gemodificeerd?

Nee, dat heeft er niets mee te maken. Bij gemodificeerd zetmeel is de chemische structuur veranderd, zodat het zetmeel ook gebruikt kan worden als verdikkingsmiddel in zure producten.

6. Zijn genetisch gemodificeerde voedingsmiddelen veilig?

Voedingsmiddelen die met behulp van genetische modificatie geproduceerd zijn, mogen in Nederland alleen verkocht worden als ze veilig zijn bevonden door de Europese autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA). Er mogen geen schadelijke stoffen in zitten en het mag niet vaker een allergische reactie oproepen dan vergelijkbare producten.