In 2015 ondergingen 30.803 vrouwen een abortus, 442 meer dan in het voorgaande jaar. Sinds 2008 daalde het aantal abortussen juist ieder jaar licht. Deze trend zet zich dus niet door.
Opvallend is dat voor het eerst een iets oudere groep (tussen de 25 en 30 jaar) de meeste zwangerschappen lieten afbreken. Dit was altijd de groep van 20 tot 25 jaar.
Tieners
Het aantal abortussen onder tieners daalde volgens de laatste cijfers met 3 procent tot 3.079. In 83 gevallen ging het om een meisje onder de vijftien jaar. Het aantal afgebroken tienerzwangerschappen daalt al sinds 2002.
1024 zwangerschapsafbrekingen (4,6 procent) gebeurde naar aanleiding van prenatale diagnostiek. Dat zijn onderzoeken naar de gezondheid van het ongeboren kind, waaronder de 20-wekenecho.
De meeste zwangerschapsafbrekingen waren bij vrouwen in Noord-Holland en Flevoland. De minste abortussen werden uitgevoerd in Drenthe, Zeeland en Friesland.