Abortusartsen zien abortuspil bij huisarts niet zitten

Minister Schippers vindt dat vrouwen die ongewenst zwanger zijn in de eerste weken ook bij de huisarts terecht moeten kunnen om de zwangerschap af te breken. Dat kan met een pil. Maar volgens het Nederlands Genootschap van Abortusartsen (NGvA) ”moet niet lichtvaardig aan de abortuswet getornd worden”.

De beroepsvereniging heeft geen principiële bezwaren, maar vindt dat eerst degelijk onderzocht zou moeten worden of vrouwen hier wel behoefte aan hebben. Ook is volgens de NGvA onduidelijk wat huisartsen hiervan vinden.


Onduidelijkheid

Afgelopen week toonde ook de Raad van State zich zeer kritisch over het voorstel van Schippers. Volgens het belangrijke adviesorgaan geeft de minister onvoldoende aan waarom ook een huisarts een zwangerschap moet kunnen beëindigen. Nu kan dat alleen in ziekenhuizen en abortusklinieken.

De minister zegt een einde te willen maken aan onduidelijkheid, maar volgens de raad is die er helemaal niet.

‘Vitamine D verkozen tot Supplement van het Jaar’

De favoriet eindigde vlak voor magnesium.

De afgelopen weken werden duizenden stemmen voor de verkiezing uitgebracht. Deelnemers konden online en op de beurs een stem uitbrengen op hun favoriete vitamine, mineraal of kruid. Multivitamine, visolie en probiotica werden ook veelvuldig gekozen. Curcuma werd als kruid het meest aangevinkt.

Stemmers konden aangeven wat de reden is voor het gebruik van voedingssupplementen. Ruim dertig procent geeft ‘werken aan de algemene gezondheid’ aan, terwijl twintig procent een ‘betere weerstand’ nastreeft. Elf procent van de stemmers neemt een supplement met ‘een specifiek doel, zoals sterke botten, betere stoelgang of een beter geheugen’.

‘Aankoop huisdier zou met een handleiding moeten komen’

“Ik ben blij dat er nu een lijst is, dat proces heeft lang geduurd”, zegt David van Gennep, directeur van Stichting AAP. “Maar hoe de lijst geïmplementeerd wordt, daar word ik bedroefd van. Sinds 1992 wordt er al over gesproken en er is veel geld, tijd en moeite in gestoken. En nu zegt de overheid: de implementatie van de houderijvoorschriften laten we aan de sector over.”

Eind januari bracht de overheid een zwarte lijst uit, met daarop 153 zoogdieren die per 1 juli niet meer gehouden mogen worden. Deze mogen de eigenaren wel houden totdat de dieren overleden zijn, maar ze moeten wel aangemeld worden en ze mogen ze niet fokken. Ook leverden zij een lijst af met daarop 123 zoogdieren die nog wel toegestaan zijn. Er volgen nog lijsten die zijn gespecificeerd op onder meer vogels, vissen en reptielen.  


Potentieel gevaar

De Dierenbescherming is door het ministerie geraadpleegd over het proces om tot de lijsten te komen, die uiteindelijk door onafhankelijke deskundigen is samengesteld. “Er wordt onder meer gekeken naar het potentieel gevaar dat een dier voor mensen en anderen dieren vormt en of het dier geschikt is om in gevangenschap te leven”, zegt Niels Dorland van de Dierenbescherming.

“Er worden zo veel dieren door consumenten in huis gehaald zonder dat zij zich afvragen: weet ik wel genoeg? Denk bijvoorbeeld aan een schildpadje dat in een goedkope, plastic bak wordt gestopt die te koud voor hem is. Het gaat hier niet om drie malloten die zo’n dier aanschaffen, maar om een groot aantal particulieren. Vaak bedoelen ze het goed en willen ze iets bijzonders in huis halen, maar daar hoort eigenlijk wel een handleiding bij.”

Onder meer het stinkdier, de prairiehond en het stekelvarken zijn dieren die nu op de zwarte lijst staan en die vaker dan men denkt als huisdier worden gehouden.

Het is onbekend om welke aantallen het gaat. “Dat wordt niet geregistreerd”, zegt Van Gennep. “Wij zien alleen de aantallen van de opvangcentra en dat is slechts het topje van de ijsberg. Dan is het al te laat.”


Gezondheidsproblemen

Van Gennep ziet op de ‘witte’ lijst alsnog dieren staan die daar niet thuishoren. Daar wordt nog onderzoek naar gedaan. Vooral gevaarlijk is dat de verkopers, zoals het er nu naar uitziet, niet verplicht zijn om bij de verkoop de houderijvoorschriften mee te geven, met alle mogelijke gevolgen van dien. “De verzorger herkent bijvoorbeeld gezondheidsproblemen niet. Een ongeschikt dier als huisdier levert alleen verliezers op.”

Dat kan gaan om de verzorging van een kangoeroe of hert, maar ook om huisdieren zoals konijnen. Onderzoekers van de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht gaan op verzoek van de Dierenbescherming onderzoeken of konijnen die als huisdier worden gehouden, gelukkig zijn. Zo zitten veel dieren in een te klein hok of zijn ze te veel alleen.

Dorland denkt dat er in de toekomst nog vaker zulke onderzoeken gehouden worden. “In Zwitserland staat het bijvoorbeeld in de wet geschreven dat bepaalde dieren in koppeltjes gehouden moeten worden, zoals parkieten. Zover zijn we in Nederland nog niet, maar daar gaan we wel naartoe. Twintig jaar geleden konden we ons zoiets nog niet voorstellen, maar voor hetzelfde geld hebben we een dergelijke wetgeving hier ook over twintig jaar – of misschien nog wel eerder.”

“Zo staan honden op de witte lijst. Maar regelmatig worden mensen door een agressieve hond gebeten. De vraag is of het wel verstandig is om zo’n dier te houden.”


Voorschriften

De overheid wil dus nu dat de sector voorschriften meegeeft om dergelijke situaties te voorkomen, maar zo lang dit niet wettelijk verplicht is zal dat volgens Van Gennep ook niet altijd gebeuren.

“We zijn blij dat een heel aantal dieren niet geschikt is bevonden om als huisdier te houden. Maar voor de dieren die nog steeds gehouden mogen worden, verandert nu eigenlijk maar weinig. Door de grote variëteit van aanbieders, waaronder een hoop via internet, leent de sector zich niet voor zelfregulering. Veel dieren worden via online marktplaatsen verkocht en die trend zet zich alleen maar voort. Het is dus een ouderwetse gedachte van de overheid om te denken dat de sector dat voorlichten wel op zich kan nemen.”

Stichting AAP pleit daarom voor een meldpunt waar huisdierbezitters terecht kunnen met vragen en waar problemen geregistreerd kunnen worden. De stichting zou deze taak op zich willen nemen en heeft dit aan staatssecretaris Martijn van Dam laten weten. “Op dit moment heb ik nog geen reactie mogen ontvangen, maar ik denk dat de kans wel groot is dat zo’n meldpunt er komt. De Tweede Kamer vindt de positieflijst een goed fenomeen, maar dat is de helft van het verhaal. De rest moet nu nog geregeld worden.”

‘Steeds meer agressie in gehandicaptenzorg’

Dit blijkt uit de barometer Gehandicaptenzorg die Totta Research in opdracht van de FNV samenstelde. Voor het onderzoek werden 3310 werknemers bevraagd.

In totaal 61 procent heeft steeds vaker te maken met verbale agressie en 47 procent met fysieke agressie. Volgens de werknemers neemt de agressie toe omdat het werk met minder mensen gedaan moet worden. Er is steeds minder tijd voor persoonlijke aandacht en zorg voor de cliënten.

Cliënten reageren hierdoor steeds agressiever op hun begeleiders. Werkgevers treden vaak niet goed op bij gevaarlijke of agressiesituaties, vinden de ondervraagden.


Veiligheid

“De werkgever dient een veilige werkomgeving te bieden met echte banen en aangepaste omstandigheden als de gezondheid van zorgmedewerkers hierom vraagt. Hierover leggen we graag goede afspraken vast in de nieuwe cao”, zegt Karim Skalli, bestuurder FNV Zorg & Welzijn.

‘Aantal gevallen alvleesklierkanker hoger dan uit registratiecijfers blijkt’

Ook in andere Europese landen zoals België, IJsland en Zweden ligt de geregistreerde incidentie, het aantal nieuwe gevallen van de ziekte, lager dan de daadwerkelijk gerapporteerde sterfte aan alvleesklierkanker. Een verklaring kan zijn dat de doodsoorzaak verkeerd wordt geregistreerd of de daadwerkelijke incidentie wordt onder gerapporteerd.

Het is volgens de onderzoekers aannemelijk dat bij oudere patiënten sneller wordt afgezien van verdere diagnostiek, omdat sprake is van een slechte prognose of slechte klinische conditie.

Professor Casper van Eijck, die al jarenlang onderzoek doet naar alvleesklierkanker en een groot onderzoek van het Erasmus MC leidt, stelt dat uit meerdere recente artikelen blijkt dat in Nederland nu al meer mensen overlijden aan alvleesklierkanker dan aan borstkanker. Momenteel sterven dagelijks meer dan acht mensen aan alvleesklierkanker, in 2014 stierven 2.682 mensen aan de ziekte, blijkt uit cijfers van het IKNL. Maar dat is volgens de studie nog een onderschatting.

“Daarnaast is het zo dat de verwachting is dat in 2020 na longkanker de hoogste sterfte is aan alvleesklierkanker”, zegt Van Eijck. Volgens hem komt dat vooral doordat andere vormen van kanker veel beter te behandelen zijn en eerder en vaker worden ontdekt. “Over het algemeen ontwikkelt alvleesklierkanker zich heel snel en dat betekent dat je er bijna – kun je wel zeggen – altijd te laat bij bent.”


Nieuwe therapievorm

Op dit moment wordt chemotherapie in de meeste gevallen gebruikt om alvleesklierkanker te behandelen. “De chemotherapie vertraagt het ziekteproces bij een aantal patiënten, maar het is niet zo dat chemotherapie de ziekte ook geneest”, aldus van Eijck, die samen met het UMCL en AMC onderzoek doet naar behandelingen met immunotherapie in combinatie met virotherapie.

Omdat kankers je afweersysteem uitschakelen, legt Van Eijck uit, wordt met deze nieuwe vorm geprobeerd om het immuunsysteem weer te activeren. De virotherapie houdt in dat genetisch gemanipuleerde virussen in worden gezet tegen kwaadaardige tumorcellen. “Een van de belangrijkste kenmerken van tumorcellen is dat virussen heel makkelijk kunnen blijven delen in tumorcellen, terwijl in normale cellen je afweer goed in staat is om het virus uit de cel te weren. Maar een tumorcel kan dat niet waardoor het virus zich blijft vermenigvuldigen.”

Met de Stichting Overleven Met Alvleesklierkanker is Van Eijck de actie Support Casper begonnen om geld in te zamelen voor het onderzoek. “In een jaar tijd is tot nu toe 1,5 miljoen euro ingezameld, voornamelijk door patiënten en nabestaanden”, zegt Van Eijck. Inmiddels gaat het onderzoek met stappen vooruit en dat is volgens de chirurg ook hoognodig, omdat de overlevingskans momenteel slechts tussen de 3 en 7 procent ligt.

Zaterdag 4 februari is het Wereldkankerdag, waarbij wereldwijd wordt stilgestaan bij de ziekte. Ook in Nederland worden verschillende activiteiten georganiseerd, zoals een benefietavond, inloophuis of voorlichting.

‘Aantal gevallen alvleesklierkanker hoger dan uit registratiecijfers blijkt’

Ook in andere Europese landen zoals België, IJsland en Zweden ligt de geregistreerde incidentie, het aantal nieuwe gevallen van de ziekte, lager dan de daadwerkelijk gerapporteerde sterfte aan alvleesklierkanker. Een verklaring kan zijn dat de doodsoorzaak verkeerd wordt geregistreerd of de daadwerkelijke incidentie wordt onder gerapporteerd.

Het is volgens de onderzoekers aannemelijk dat bij oudere patiënten sneller wordt afgezien van verdere diagnostiek, omdat sprake is van een slechte prognose of slechte klinische conditie.

Professor Casper van Eijck, die al jarenlang onderzoek doet naar alvleesklierkanker en een groot onderzoek van het Erasmus MC leidt, stelt dat uit meerdere recente artikelen blijkt dat in Nederland nu al meer mensen overlijden aan alvleesklierkanker dan aan borstkanker. Momenteel sterven dagelijks meer dan acht mensen aan alvleesklierkanker, in 2014 stierven 2.682 mensen aan de ziekte, blijkt uit cijfers van het IKNL. Maar dat is volgens de studie nog een onderschatting.

“Daarnaast is het zo dat de verwachting is dat in 2020 na longkanker de hoogste sterfte is aan alvleesklierkanker”, zegt Van Eijck. Volgens hem komt dat vooral doordat andere vormen van kanker veel beter te behandelen zijn en eerder en vaker worden ontdekt. “Over het algemeen ontwikkelt alvleesklierkanker zich heel snel en dat betekent dat je er bijna – kun je wel zeggen – altijd te laat bij bent.”


Nieuwe therapievorm

Op dit moment wordt chemotherapie in de meeste gevallen gebruikt om alvleesklierkanker te behandelen. “De chemotherapie vertraagt het ziekteproces bij een aantal patiënten, maar het is niet zo dat chemotherapie de ziekte ook geneest”, aldus van Eijck, die samen met het UMCL en AMC onderzoek doet naar behandelingen met immunotherapie in combinatie met virotherapie.

Omdat kankers je afweersysteem uitschakelen, legt Van Eijck uit, wordt met deze nieuwe vorm geprobeerd om het immuunsysteem weer te activeren. De virotherapie houdt in dat genetisch gemanipuleerde virussen in worden gezet tegen kwaadaardige tumorcellen. “Een van de belangrijkste kenmerken van tumorcellen is dat virussen heel makkelijk kunnen blijven delen in tumorcellen, terwijl in normale cellen je afweer goed in staat is om het virus uit de cel te weren. Maar een tumorcel kan dat niet waardoor het virus zich blijft vermenigvuldigen.”

Met de Stichting Overleven Met Alvleesklierkanker is Van Eijck de actie Support Casper begonnen om geld in te zamelen voor het onderzoek. “In een jaar tijd is tot nu toe 1,5 miljoen euro ingezameld, voornamelijk door patiënten en nabestaanden”, zegt Van Eijck. Inmiddels gaat het onderzoek met stappen vooruit en dat is volgens de chirurg ook hoognodig, omdat de overlevingskans momenteel slechts tussen de 3 en 7 procent ligt.

Zaterdag 4 februari is het Wereldkankerdag, waarbij wereldwijd wordt stilgestaan bij de ziekte. Ook in Nederland worden verschillende activiteiten georganiseerd, zoals een benefietavond, inloophuis of voorlichting.