Beste bezoeker,
Wij zien dat u een adblocker gebruikt waardoor u alleen advertenties ziet die door uw adblocker worden goedgekeurd.
Dit vinden wij jammer, want NU.nl is mede dankzij onze advertenties gratis toegankelijk. Wilt u een uitzondering maken voor NU.nl,
of meer lezen over hoe wij met advertenties omgaan?
Klik dan hier.
Beste bezoeker,
Wij zien dat u een adblocker gebruikt waardoor u alleen advertenties ziet die door uw adblocker worden goedgekeurd.
Dit vinden wij jammer, want NU.nl is mede dankzij onze advertenties gratis toegankelijk. Wilt u een uitzondering maken voor NU.nl,
of meer lezen over hoe wij met advertenties omgaan?
Klik dan hier.
Het marketingbureau van New York, NYC & Company, zegt dit jaar 300.000 minder internationale toeristen te verwachten dan in 2016, schrijft The New York Times.
Vorig jaar bezochten 12,7 miljoen internationale toeristen de stad. De afname kost bedrijven die gericht zijn op toerisme bij elkaar naar verwachting zo’n 600 miljoen dollar (567 miljoen euro).
Volgens Fred Dixon van NYC & Company hebben de uitspraken en acties van Trump, waaronder het inreisverbod dat even van kracht was, het beeld over de gastvrijheid van de Verenigde Staten op een negatieve manier beïnvloed.
Toch denkt Dixon dat er een kleine stijging zit in het totale aantal toeristen dat dit jaar een bezoekje brengt aan New York. Die stijging is te verklaren door het aantal Amerikanen dat de stad bezoekt. Naar verwachting komen er in totaal 61,7 miljoen bezoekers, tegenover 60,7 miljoen vorig jaar.
Mogelijk krijgt de rest van het land ook te maken met een grote terugval. Volgens Adam Sacks van Tourism Economics, een internationale firma die reistrends voorspelt, zou het aantal buitenlandse toeristen naar de Verenigde Staten tussen 2016 en 2018 jaarlijks wel eens met 6,3 miljoen kunnen afnemen.
Indicaties voor een afnemende interesse in een reis naar Amerika, waaronder online zoekopdrachten voor vliegtickets en hotels, waren volgens Sacks direct na de presidentsverkiezingen al zichtbaar. Na de inauguratie van Trump en de invoering van het inreisverbod daalde de interesse nog verder.
Ongeveer een kwart van de beroepsbevolking heeft last van klachten gerelateerd aan RSI. Nek en schouderklachten komen relatief het vaakst voor, samen met klachten in arm en pols. Op Internationale RSI-dag, die op dinsdag plaatsvindt, wordt aandacht gevraagd voor dit vaak werkgerelateerde probleem.
“We zien dat mensen met kantoorbanen de meeste klachten hebben, maar ook bij kappers en slagers komen de klachten vaak voor”, aldus Sandra Oudshoff, voorzitter van de RSI-vereniging.
“Bij kappers komt dit door het precieze werk dat ze doen, terwijl bij slagers de klachten ontstaan doordat ze veel kracht moeten gebruiken tijdens hun werk. Ook hebben vrouwen vaker klachten in verhouding tot mannen, omdat zij vaker beroepen met een herhalende belasting doen.”
Volgens Jaco de Wolf, fysiotherapeut in Leiden, is de term RSI ontstaan in de tijd dat de computers nog heel groot en log waren. “De toetsenborden en laptops waren relatief hoog, waardoor de pols vaak tijdens het typen in een verkrampte houding naar boven lagen.”
“Ook waren er nog geen headsets, waardoor mensen vaak in een verkrampte houding met hun telefoon zaten. Ze zaten bijvoorbeeld met de telefoon tussen oor en schouder geklemd. De aanhechtingspunten van pezen en spieren raakten zo overbelast”, aldus De Wolf.
De fysiotherapeut legt uit dat klachten voorkomen kunnen worden door een goede houding. “Als je veel aan een bureau zit moet je ervoor zorgen dat het beeldscherm op de juiste hoogte staat, zodat het hoofd recht op de nek en romp staat.
Knieën moeten idealiter in een hoek van negentig graden staan. Ook moet iemand goed voor de muis en het toetsenbord zitten.” Naast een goede houding tijdens werkzaamheden is volgens De Wolf stress ook een van de oorzaken van klachten.
“Wanneer tijdens de werkzaamheden de werknemer last krijgt van stress komt het stress-hormoon cortisol vrij. Wanneer iemand dan in een verkeerde houding gaat zitten verkrampen de spieren. Wanneer deze verkramping te vaak en te lang voorkomt kunnen de klachten langere tijd aanhouden.”
Volgens Oudshoff hebben niet alleen volwassenen klachten, maar hebben jongeren ook te maken met een groeiend probleem. “We hebben kinderen gevraagd naar lichamelijke klachten en zestig procent van de kinderen geeft aan pijnklachten te ervaren. Een voorbeeld van zo’n klacht is bijvoorbeeld de tablet-nek.”
“Een kind wordt in verhouding tot het lichaam met een groot hoofd geboren. Het lichaam groeit een stuk langzamer, waardoor het hoofd relatief gezien zwaarder is. Wanneer het hoofd naar voren hangt om op telefoon of tablet te kijken is de belasting van de wervels zwaar.”
Volgens Oudshoff zitten kinderen op school tegenwoordig zo’n 6,5 uur voor een beeldscherm, terwijl bewegingswetenschappers maximaal vijftig minuten per dag adviseren.
“Een verkeerde houding en belasting van het kinderlichaam kan namelijk blijvende schade aanrichten. Kinderen van deze tijd lopen risico om de eerste generatie met klachten te worden voordat ze aan het werk zijn gegaan”, benadrukt de voorzitter van de RSI-vereniging.
Met de juiste behandeling kunnen dergelijke ongemakken aangepakt worden. “Hoe langer de klachten bestaan, hoe lastiger het is om van de klachten af te komen. Maar vaak kan een oefentherapeut of een fysiotherapeut helpen om van de klachten af te komen”, zegt Oudshoff.
De Wolf legt uit dat een fysiotherapeut bijvoorbeeld kan helpen om verkramping uit een spier te krijgen, maar dat mensen met een risico op RSI ook zelf oefeningen kunnen doen. “Strek je spieren zo nu en dan, verander regelmatig van houding en, wat voor mij betreft een van de belangrijkste dingen is, vermijd stress.”
De Britse goededoelenorganisatie Independent Age ondervroeg 2.014 ouderen over hoe zij omgaan met rouw bij verlies van naasten.
Van alle respondenten voelde 54 procent zich eenzaam na een dergelijk verlies. Gemiddeld houdt dit gevoel zo’n acht maanden aan. Bij mensen van begin tachtig duurt de rouwperiode nog wat langer, zo’n twaalf maanden.
Meer dan een vierde van de respondenten gaf aan geen hulp op emotioneel of praktisch gebied in te schakelen tijdens de rouwperiode. Dit was vooral bij mannen het geval: 32 procent tegen 18 procent van de vrouwen.
Voorzitter van de organisatie Janet Morrison hoopt dat ouderen eerder aan de bel trekken wanneer een rouwproces als een te grote beproeving word ervaren.
“We weten dat het erg belangrijk is om te praten over de dood van een naaste en het juist niet weg te stoppen of onverstoorbaar door te gaan”, aldus Morrison.
Ook geeft ze aan dat iedereen recht heeft op zijn eigen manier van het verwerken van de dood van iemand uit de omgeving. “Er is niet één bepaalde manier of een vaste periode om te rouwen, maar we willen ouderen wel aanraden hulp te zoeken wanneer ze dat nodig hebben.”