Feit of fabel: de grootste (on)zin over brood

NU.nl legde een aantal stellingen voor aan het Voedingscentrum.

1. Speltbrood is gezonder dan tarwebrood: fabel

“Spelt en tarwe zijn granen die uit dezelfde familie komen. Spelt lijkt erg op tarwe. Ze bevatten dezelfde voedingsstoffen: koolhydraten, eiwitten, mineralen, vitamines en vezels. Sommige mensen beweren dat speltbrood lichter verteerbaar zou zijn. Daarvoor is geen wetenschappelijk bewijs. Beide soorten brood bevatten gluten (eiwitten). Bij zowel spelt- als tarwebrood is het voor de gezondheid belangrijk om te kiezen voor volkoren varianten. Het eten van drie sneetjes volkorenbrood verlaagt het risico op hart- en vaatziekten en diabetes type II.”

2. Als je veel brood eet, krijg je te veel zout binnen: fabel en feit

“Dat hangt er van af wat je de rest van de dag eet. Het klopt dat in brood redelijk wat zout zit, want zout is nodig om brood te kunnen maken. En in Nederland is aan het bakkerszout jodium toegevoegd, omdat we het verder uit weinig andere producten halen. Om minder zout te eten raden we daarom aan om vooral andere, ongezonde producten uit je eetpatroon te schappen zoals chips, sauzen enkant-en-klare producten.”

3. Als ik wil afvallen, moet ik brood uit mijn dieet bannen – fabel

“Fabel. Afvallen doe je door gezonder en minder te eten. Als je een hele productgroep weglaat is de kans groot dat je afvalt, maar het maakt niet uit of dit brood is of iets anders. Omdat volkorenbrood een gezond product is dat in de Schijf van Vijf staat, raden we aan om – als je wilt afvallen – te kijken naar andere, ongezonde eetgewoontes, zoals ongezonde tussendoortjes. Dan val je af en leef je gezonder.”

4. Als je geen brood eet, krijg je een jodiumtekort – feit

“De gemiddelde Nederlander krijgt theoretisch gezien te weinig jodium binnen uit producten anders dan brood. Theoretisch gezien zou daarom een groot deel van de bevolking een jodiumtekort oplopen als we massaal stoppen met het eten van brood. Daarom is ook het verrijkingsadvies, om jodium toe te voegen aan bakkerszout, in het leven geroepen.”

5. Donkerder brood is gezonder dan lichtgekleurd brood – fabel

“De kleur van het brood zegt lang niet alles. Het gaat erom of het brood gemaakt is van de hele graankorrel, dus volkorentarwemeel. Hiervoor moet je altijd goed op het etiket kijken en niet afgaan op de kleur van het brood zelf. Wat wel goed is om te weten: volgens de Broodwet moét een brood 100% volkoren zijn als in de naam van het brood ‘volkoren’ staat.”

6. Zuurdesembrood is gezonder dan gistbrood – fabel

“Desembrood is brood waarvan het deeg niet met gist is gerezen, maar met desem als rijsmiddel. Zuurdesem heeft inderdaad minder gist, maar ook hier geldt dat het er om gaat: is het volkoren of niet? En zuurdesembrood is niet per definitie volkoren. Desembrood is wat steviger dan brood dat met gist is gemaakt. Sommige mensen vinden dat lekkerder.”

7. Brood kun je maximaal een halve week bewaren – feit en fabel

“Brood kun je in de keukenkast ongeveer twee tot vier dagen bewaren. Als je het brood in de vriezer stopt, kun je het daar nog ongeveer een maand bewaren. Als brood niet meer goed is smaakt en ruikt het muf, is het droog of beschimmeld. Bedorven brood herken je snel door goed te kijken, ruiken of proeven.”

8. Brood uit de vriezer verliest zijn voedingswaarde in vergelijking met vers brood – fabel

“Er zitten nog ongeveer evenveel vitamines en mineralen in brood uit de vriezer als in vers brood. Vitamineverlies gaat namelijk erg traag als je eten bevriest. Daarom staan bijvoorbeeld groente uit de vriezer ook in de Schijf van Vijf.”

Op CookLoveShare.nl lees je hoe je oud brood weer vers krijgt

‘Mensen eten minder, maar wel luxer brood’

David de Bruijn, communicatiemanager van het Nederlands Bakkerij Centrum, ziet een kentering in de consumptie van brood. “Was er eerst een daling merkbaar, die krimp lijkt zich nu te stabiliseren. Over het algemeen willen mensen vaker luxer brood eten: onder deze noemer vallen broodsoorten zoals desem, spelt, vloerbrood maar ook volkoren varianten.” 

Volkoren brood is veruit het populairst, stelt De Bruijn. “Dat is natuurlijk positief, want het is de meest gezonde broodsoort. Mensen zijn bewuster bezig met eten en ook met welke broodsoort zij kiezen. In tegenstelling tot andere producten waarvan een volkoren product te koop is, zoals pasta, weet je bij brood zeker dat het 100 procent volkoren is. Daarnaast is brood een belangrijke bron van jodium, daarvan krijgen we nog steeds te weinig binnen.”

Ook Chantal Meijer, voedingsdeskundige en eigenaar van de blog Feelgoodbyfood, ziet de populariteit van volkoren brood toenemen. “Daarvan weet je zeker dat het ook echt volkoren is, anders mag het de noemer “volkoren” niet krijgen.” 


Kritisch

De blogger merkt ook een groeiende vraag op naar “transparant” brood. “Mensen willen weten waar de ingrediënten in het brood vandaan komen en zich ervan verzekeren dat ze geen troep eten.” 

Iets dat ook wordt opgemerkt door De Bruijn. “De consument is kritischer geworden: wat zit er precies in mijn brood, welke toegevoegde stoffen worden gebruikt? Transparantie is belangrijk en de leveranciers doen daar veel mee.”

Daarbij geeft Meijer wel een kanttekening: “Wat betreft ambachtelijk brood is het niet zeker of het ook echt op ambachtelijke wijze is gemaakt. Het is dus zaak om altijd even de ingrediëntenlijst te checken, op het etiket of bij je bakker.” 


Spelt

De blogger ziet dat spelt nog steeds “hot” is. “Je merkt wel dat mensen goed kijken naar de ingrediëntenlijst om te controleren of het brood inderdaad veel spelt bevat. Ook zuurdesembrood maakt een grote opmars. In eettentjes zie je die steeds vaker op de kaart. Mensen eten het graag, waarschijnlijk omdat het gezond is: het is beter verteerbaar en ook voedzamer.”

“Ook haverbrood, ook wel bekend als ‘oaties’, wordt steeds populairder. Dat wordt niet gemaakt van meel, maar van haver. Een goede optie voor mensen die geen tarwe verdragen. Oaties smaken en zien er uit als ‘gewoon’ brood. Vooralsnog vooral te vinden in eettentjes, maar ik verwacht wel dat dit ook aangeboden gaat worden in de supermarkt.”

De oaties zijn in veel gevallen ook geschikt voor mensen met coeliakie, glutenintolerantie. Het ligt aan het soort haver of het brood ook geschikt is voor deze personen. Ondanks de opmars van dit soort producten constateert De Bruijn dat de anti-glutenhype voorbij is.

“Natuurlijk zijn er mensen die echt een glutenallergie hebben, maar mensen die gluten wel verdragen zien steeds vaker in dat het een fabel is dat gluten ongezond is. De kwaliteit van glutenvrij brood ziet de consument wel beter worden, zo wordt er vaker dagvers glutenvrij brood gemaakt.” 

“Ja, de kwaliteit van glutenvrij brood is zeker beter”, constateert ook Meijer. “Voorheen was het vooral heel droog van smaak, het was niet te eten. Nu smaakt het bijna net zoals ‘gewoon’ brood. De vraag naar dit type brood wordt steeds groter, ook mensen zonder allergie willen het eten.”


Feestje

Ook Meijer ziet dat de “anti-gluten-hype” inmiddels zijn hoogtepunt voorbij is. “Mensen weten wel dat brood ook genoeg gezonde ingrediënten bevat. Daarbij wordt er in glutenvrij brood vaak extra suiker gestopt, dus het is voor mensen zonder allergie niet per se beter dan regulier brood.”

Volgens de blogger zal brood altijd gegeten blijven worden, zij het in een ietwat andere vorm. “Nederland is een broodland, dus we zullen het niet ineens massaal laten staan. Mensen weten dat het gezond is en een bron van energie.”

“Maar het wordt minder vaak bij zowel het ontbijt als de lunch gegeten. Vooral brood bij het ontbijt maakt plaats voor variaties zoals smoothies of yoghurt. Maar als we brood eten, besteden we er wel meer aandacht aan. Het beleg wordt uitgebreider, de sneeën dikker, er wordt een feestje van gemaakt.”

Op CookLoveShare.nl lees je alles over zelf brood bakken

‘Langste rij op foodfestival voor friet, saté en hamburger’

“Veel mensen kiezen op een foodfestival toch voor de simpele dingen zoals friet, saté en hamburgers. Maar we kunnen mensen wel een beetje ‘opvoeden’. We proberen mensen te stimuleren om andere dingen te proberen”, zegt Bob Nagel, die samen met zijn vader Frans culinair festival Eten op Rolletjes organiseert. “De gewoonte zit in hun hoofd. Misschien kiezen ze wel liever voor het bekende, omdat ze dan weten wat hun geld waard is.”

“Mensen vinden een foodfestival leuk, omdat het heel laagdrempelig is. Vaak hoeven ze geen entree te betalen, je hoeft een bezoek niet te plannen en het is een losse en ontspannen sfeer”, legt David Maartens, werkzaam bij Van Spronsen & Partners horeca-advies, uit.

“Ook is het aantrekkelijk omdat je voor een relatief lage prijs een leuke avond kan hebben”, zegt Nagel. “Voor de prijs die je normaal gesproken voor een hoofdgerecht betaalt kan je nu wel twee of drie verschillende gerechten eten, die ook nog uit verschillende wereldkeukens kunnen komen.”

Tien jaar geleden kwamen de eerste foodfestivals vooral in de grote steden opzetten, vier jaar geleden breidde het uit over de rest van het land. Volgens horeca-adviseur Maartense is het geheim van een foodfestival de totaalervaring. “Het is voor de bezoekers van belang dat het weer goed is en dat er voldoende aanbod is.”

“Een valkuil van deze evenementen is dat het aantal gasten niet goed geschat wordt. Daardoor kunnen er te weinig of juist teveel eetkraampjes zijn. Zo kunnen er lange rijen ontstaan of kan het zo zijn dat een ondernemer weinig verkoopt.” Ook willen de bezoekers kunnen pinnen, dat is volgens Maartense een stukje service.


Populair

Volgens Maartense gaan foodtrucks mee in de trends van de horeca. “We zien wel dat sushirrito, bbq en flammkuchen op dit moment populair zijn. Maar ook gezonder eten, zoals salades en pokébowls, is de laatste jaren populairder geworden.”

Nagel ziet de exotische keukens aan populariteit winnen. “Wij hebben bijvoorbeeld ook Surinaamse en Jamaicaanse kramen staan. Misschien zou je niet zo snel naar een restaurant met deze keuken gaan, maar op een foodfestival is het laagdrempeliger om eens iets anders te proberen.”

Ook Emile Faulborn, organisator van Food Truck Festival Trek, ziet dat Aziatisch eten in opkomst is. “We hebben een of twee kramen, maar we spelen er niet meteen op in door heel veel streetfood neer te zetten”, aldus Faulborn. 


Verschillen

Nagel, die evenementen organiseert in middelgrote steden door het hele land, merkt dat glutenvrij, veganistisch en vegetarisch eten minder bekend is in dorpen en kleinere steden. “Maar daar wordt wel heel enthousiast gereageerd”, zegt hij. Faulborn hoort ook dat in de grote steden steeds meer bezoekers naar vegetarisch en veganistisch eten vragen.

Trek staat in veel grote steden en Faulborn merkt dat er door het land heen wel verschillen merkbaar zijn. “In Enschede bijvoorbeeld wordt meer bier dan wijn gedronken. Qua eten verschilt het dan bijvoorbeeld niet zoveel van de rest van Nederland. Maar we merken wel dat het per stad verschilt wat mensen aan eten willen uitgeven.”

“Wanneer we een hamburger van 6,50 euro en een van 8,50 aanbieden, zie je dat het per stad verschilt wanneer welke meer verkocht wordt. Soms heb je publiek dat een ambachtelijke burger meer waardeert, omdat deze met de hand gekneed en gekruid is. Maar het kan ook zijn dat vroeg op de dag de goedkope burger beter verkoopt en de duurdere variant juist beter in de avond.”


Ondernemers

Maartense legt uit dat er drie typen foodtruck-ondernemers bestaan. “Allereerst heb je de zelfstandige ondernemers die een foodtruck beginnen als hobby of ze stoppen met hun baan en beginnen een bedrijfje. Ten Tweede zijn er restaurants die met een foodtruck op een festival gaan staan ter promotie of om een nieuw product te testen”, legt hij uit. “De laatste groep bestaat uit grotere bedrijven die meerdere trucks hebben en bij verschillende evenementen staan.”

“Wij krijgen per jaar honderden aanmeldingen van foodtrucks die bij ons op het festival willen staan, maar er zijn per locatie maar 30 tot 35 plaatsen beschikbaar”, zegt TREK-organisator Faulborn. “We maken dus een strenge selectie in wat we op het terrein laten staan. We moeten een goede samenstelling maken tussen de verschillende keukens, maar het is ook belangrijk dat we als organisatie een goed gevoel bij een kraam hebben.”

Volgens Nagel moet je als ondernemer ook onderscheidend zijn. “Wanneer we aanmeldingen krijgen van een kraam met friet en hamburgers zeggen we wel dat ze achter de feiten aan lopen. Als je daar nu mee begint, ben je echt een paar jaar te laat. En dat geldt ook voor poffertjes en wafels.”


Blijft bestaan

80 procent van de festivals is pas de laatste jaren begonnen en volgens Maartense blijft het waarschijnlijk nog wel even groeien. “Zeker omdat steeds meer foodtrucks worden uitgenodigd op muziekfestivals.” Nagel zegt dat het de afgelopen vier jaar enorm hard is gegaan. Op een gegeven moment zullen er best een paar organisaties omvallen omdat de risico’s niet worden gespreid.”

Ook volgens Faulborn blijven de foodfestivals voorlopig populair door de laagdrempeligheid. “Daarbij moet het wel onderscheidend blijven en moet het plaatje van het evenement kloppen. Door de ongedwongen sfeer, lekker eten, muziek en redelijke prijzen zullen mensen dit nog lang leuk blijven vinden.”