‘Gesprek niet-reanimeren vaak te laat gevoerd’

Uit onderzoek van Eric Geijteman van het Erasmus MC blijkt woensdag dat afspraken over niet-reanimeren in bijna de helft van de gevallen niet met de patiënt zelf zijn gemaakt, maar met diens familieleden.Veel patiënten waren niet (meer) bij machte om zo’n beslissing zelf te nemen, blijkt uit de studie.

Sinds 1990 wordt wel steeds vaker een niet-reanimatieverklaring opgesteld samen met de patiënt en of diens familie. In dat jaar werd in 23 procent van de gevallen zo’n verklaring opgesteld, in 2001 was dat 45 procent en in 2010 55 procent.

Toch werd in 2010 in 45 procent van de gevallen de afspraak niet met de patiënt zelf gemaakt, maar met familieleden. In de meeste gevallen was de patiënt dement of niet meer (helemaal) bij bewustzijn

Volgens Geijteman moeten artsen gestimuleerd worden om vaker patiënten bij de beslissing te betrekken om hierover te praten op een moment dat een patiënt nog helemaal bij zinnen is.

‘Antibacteriële zeep niet effectiever dan normale zeep’

Dat concluderen onderzoekers in het Journal of Antimicrobial Chemotherapy, zo schrijft The Guardian woensdag.

De triclosan bleek pas effectief als de bacteriën en microben negen uur in de stof hebben gelegen. Bij een periode korter dan zes uur was er amper verschil in werking in vergelijking met normale zeep.

Het onderzoeksteam plaatste twintig gevaarlijke bacteriën in schaaltjes met antibacteriële en normale zeep. De schaaltjes werden twintig seconden warm gemaakt, om zo het effect van warm water te simuleren.

De bacteriën werden vervolgens op de handen van zestien volwassenen gedaan. Daarna mochten zij een halve minuut lang hun handen wassen, met antibacteriële of normale zeep.

Voor alle tests werd een zeep gebruikt met 0,3 procent triclosan, de maximum toegestane hoeveelheid in onder anderen Europa, Canada en Australië. Er kwam geen verschil naar voren in de tests.


Veiligheidswaarschuwing

Triclosan is een veelbesproken stof die veel wordt gebruikt in antibacteriële zeep, waar miljoenen mensen miljarden euro’s per jaar aan uitgeven. Studies hebben uitgewezen dat de stof gelinkt kan worden aan hormonale problemen en antibioticaresistentie.

De Amerikaanse gezondheidsdienst heeft er daarom een veiligheidswaarschuwing voor gegeven. De Amerikaanse staat Minnesota heeft in mei 2015 het gebruik van de triclosan in antibacteriele zeep verboden. 

De onderzoekers wijzen erop dat er “een ban moet komen op het overdrijven van de effecten van de gevaarlijke stof”, omdat dit de gebruikers volgens hen verward.

Er zijn al zeepproducenten die zijn gestopt met het gebruik van triclosan.

Afstand naar huisarts iets gegroeid

Die afstand is sinds 2007 iets toegenomen, toen het nog gemiddeld 900 meter was. In 43 gemeenten is de reis naar de dichtstbijzijnde huisartsenpraktijk toegenomen.

Dat blijkt uit cijfers die LocalFocus van het Compendium voor de Leefomgeving heeft ontvangen.

Volgens het Compendium voor de Leefomgeving wordt de leefbaarheid en welvaart van een buurt mede bepaald door de aanwezigheid van voorzieningen zoals een huisartsenpraktijk.


Gemeenten

Inwoners in het noordoosten van het land hebben de langste reis naar een huisarts. Toch ligt de gemeente met de grootste afstand in het noordwesten van Nederland, namelijk het Noord-Hollandse Schermer. Daar is de gemiddelde afstand 2,9 kilometer.

Ook op Texel (2,7 kilometer), in Midden-Drenthe (2,5) en Aa en Hunze (2,4) is de afstand groot. Op Schiermonnikoog zit de huisarts gemiddeld 400 meter van huis. In de grote steden Amsterdam, Den Haag en Leiden hoeven mensen maar 500 meter te reizen naar een praktijk.

Omdat niet iedereen naar de dichtstbijzijnde praktijk gaat, is de afstand in werkelijkheid nog iets groter.

Huisartsen
Huisartsen

‘Inhaalslag aantal vrouwelijke hoogleraren laat op zich wachten’

Dat zegt hoogleraar Catholijn Jonker woensdag in de Volkskrant na gesprekken met universiteitsbestuurders. Jonker is voorzitter van zowel de TU Delft als het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren.

Bij richtingen als rechten en gedragswetenschappen is ruim een vijfde van de hoogleraren vrouw, dit blijft bij landbouw op 9 procent hangen. Ook bij natuur, techniek en economie is het aandeel ongeveer net zo groot.

De verhouding tussen man en vrouw blijkt bij studenten en afstudeerders ongeveer gelijk. Verder op de academische ladder groeit dit verschil. Nederland staat met 17 procent vrouwelijke hoogleraren vierde laagste in Europa.


Draagvlak

Wetenschapsgebieden als landbouw, rechten en gedrag hebben soms anderhalf keer zoveel vrouwelijke universitair hoofddocenten als nodig is na een vertrek van hoogleraren. Desondanks zien Colleges van Bestuur nog geen draagvlak om die hoogleraren per definitie door een vrouw te vervangen.

Uit nieuwe cijfers van universiteitenclub VSNU blijkt dat er de afgelopen twee jaar wel een lichte stijging in het aantal vrouwelijk wetenschappelijk personeel te zien is. Het aantal vrouwen dat promoveert is wel licht afgenomen.


Voorgangsbeleid

Speciale programma’s van universiteiten om vrouwelijk talent binnen te halen, blijken wel een succes. “In de regel zijn het zulke talenten dat je je kunt afvragen in hoeverre die niet anders ook aangenomen zouden zijn”, zegt Jonkers. “Een voorrangsbeleid kan ook ongemakkelijk voelen voor vrouwen. Maar je moet vaststellen dat het niet vanzelf gaat.”

Jonkers wijst erop dat seksediscriminatie een cultuurverschijnsel is dat alleen met bewust ingrijpen kan worden weggenomen. “We zijn er allemaal door onze opvoeding van doordrenkt. Mannen, vrouwen, ik ook. Daardoor vergooien we te veel talent, en vergeet de wetenschap soms ook wezenlijke vragen.”

‘Verbannen van transvetten redt zevenduizend levens per jaar’

Dat schrijft The Guardian woensdag op basis van Brits onderzoek door de universiteiten van Lancaster, Liverpool en Oxford. 

Transvetten zijn een type onverzadigde vetzuren die aan voeding wordt toegevoegd om de smaak te verbeteren en de houdbaarheid te verlengen. Het verbieden ervan kan het aantal mensen dat overlijdt aan hartziekten aanzienlijk verlagen en de Britse gezondheidsdienst zo’n 364 miljoen euro per jaar besparen.

De industriële transvetzuren, ook wel transvetten genoemd, worden toegevoegd aan bewerkt eten, zoals bijvoorbeeld brood, kaas en chips, ondanks de schade die dit aan de gezondheid kan aanrichten, bijvoorbeeld aan de cholesterol.


Bakken

Onderzoekers van drie grote Britse universiteiten ontdekten eerder al dat een algehele ban op de transvetten de gezondheid van het hart verbetert. Dit zou volgens hen meer invloed hebben dan het aanpassen van voedseletiketten of het proberen te stoppen van het gebruik van transvetten in restaurants en fastfoodketens. Daar worden de transvetten vaak gebruikt bij het bakken en frituren van eten.

“Het bannen van transvetten uit verwerkt voedsel is een haalbaar doel in het belang van de volksgezondheid”, zo zegt onderzoeker Kirk Allen. “Een totale ban is technisch gezien ook uitvoerbaar.”


Akkoord

Voedselverwerkers hebben al een akkoord van de gezondheidsdienst over het weglaten van de transvetten getekend. Dit akkoord doet een beroep op vrijwillige actie van producenten en verkopers van voedsel.

Volgens de onderzoekers is een ban nodig. Zij vinden dat de producenten niet volledig vertrouwd kunnen worden omdat het mogelijk ook hun inkomsten zal beïnvloeden.

De richtlijnen bevelen aan dat niemand meer dan 1 procent van hun dagelijkse energie- inname uit de transvetten mag krijgen. Studies tonen aan dat dit nu gemiddeld op zo’n 0,7 procent ligt, een halvering sinds de jaren 2000. Alleen bij mensen met zeer laag inkomen is dit aantal nog 1,3 procent. 

Amerika en Thailand minder populair bij vakantiegangers

Dat blijkt uit onderzoek van vliegticketvergelijksite Skyscanner, dat in de top-50 van zoekresultaten het aantal keren dat werd doorgeklikt naar bookingssites in juli en augustus vergeleek met 2014.

De Malediven, Costa Rica, Sri Lanka, Cuba en Polen waren de grootste stijgers. De grotere belangstelling voor de Malediven komt volgens Skyscanner door de extra vliegverbindingen van Arabische vliegmaatschappijen via de Golfstaten. 

De top-3, Spanje, Turkije en Italië, wisten zich te handhaven met positieve cijfers van meer dan 20 procent. Ook Portugal, Engeland, Griekenland, Frankrijk en Kroatië zagen positieve cijfers.

 

Peuters met tuin zijn later minder dik

Dat zegt onderzoekster Annemarie Schalkwijk, die in samenwerking met onderzoekers van het VU medisch centruk in Amsterdam op dit onderwerp promoveert. 

Het gaat vooral om peuters uit laagopgeleide gezinnen. Zij hebben 38 procent meer kans op overgewicht dan leeftijdgenootjes uit laagopgeleide gezinnen die wel een tuin hebben. 

Schalkwijk onderzocht bijna 6500 kinderen uit Engeland. Ze gebruikte gegevens uit de Millennium Cohort Study uit het Verenigd Koninkrijk, waarin kinderen worden gevolgd die in 2000 of 2001 zijn geboren. De kinderen zijn onderzocht toen ze negen maanden, drie, vijf en zeven jaar oud waren waren.

Kinderen met overgewicht worden vaak ook als volwassene obees. Schalkwijk keek ook naar factoren als eetgedrag, lichamelijke activiteit en armoede. De relatie met het ontwikkelen van obesitas was volgens haar bij geen van deze factoren zo sterk als bij toegang hebben tot een tuin.

‘Verhogen maximumgehalte kwik in vis gevaarlijk voor consument’

Dit concludeert Foodwatch uit voorstellen van de Europese Commissie die de consumentenorganisatie in heeft mogen zien. Op 21 september volgt naar verluidt een overleg over deze plannen met een commissie van experts. Foodwatch roept de Europese Commissie op om af te zien van een versoepeling van de maximumgehalten van kwik in vis.

“Deze plannen zijn absoluut niet in het belang van de consument. Ze gaan regelrecht in tegen de wetenschappelijke consensus dat kwik heel giftig is en zo min mogelijk in ons voedsel terecht moet komen “, stelt Jurjen de Waal, woordvoerder van Foodwatch.


Vervuild

Volgens de organisatie komen de voorgestelde waarden voort uit de hoeveelheid kwik die daadwerkelijk in bepaalde vissoorten wordt aangetroffen. Sterk vervuilde vissen met een hoog kwikgehalte zouden daardoor een hoger toegestaan maximum krijgen, vissen met een laag kwikgehalte krijgen een lager maximum.

De Europese Commissie wil op basis van deze aanpak de toegestane kwikwaarden bij roofvissen verdubbelen (van 1 tot 2 milligram per kilo vis). Anderzijds wil ze de maximumgehaltes voor vissoorten met lage kwikgehaltes verlagen (van 0,5 tot 0,1 milligram per kilo vis), aldus Foodwatch, die een actie is gestart tegen deze plannen.


Giftig

Kwik is een giftig metaal. Door menselijk handelen komt kwik in de oceanen en binnenwateren terecht, waar het door vissen wordt opgenomen. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarschuwt consumenten en noemt kwik in haar top tien van chemische stoffen die de volksgezondheid bedreigen. Vooral zwangere vrouwen en (ongeboren) kinderen lopen extra veel risico.

Fastfood in VS scoort dikke onvoldoende op antibioticabeleid

Zes Amerikaanse consumenten- en milieuorganisaties onderzochten het antibioticabeleid van de fastfoodketens.

 In hun rapport Chain Reaction gaan zij in op de maatregelen die de fastfoodketens nemen om de antibiotica die gebruikt worden bij de productie van hun vlees te beperken en hoe duidelijk ze daarover communiceren.

Twee ketens, Chipotle en Panera, krijgen een ‘A’, de hoogste categorie. Zij bieden hun klanten al antibioticavrij vlees. Eén bedrijf, Chick-fil-A, scoort een ‘B’, omdat het belooft in 2019 helemaal antibioticavrij te zijn. McDonald’s en Dunkin’ Donuts krijgen een ‘C’, omdat ze wel maatregelen nemen, maar op beperktere schaal of zonder duidelijke tijdslijn.

Alle andere fastfoodketens scoren een dikke onvoldoende, een ‘F’. Zij hebben geen beleid ten aanzien van het terugbrengen van antibiotica in hun vlees. De rapportcijfers zijn op een overzichtelijke scorekaart weergegeven.


Infecties

In de VS groeit de ongerustheid over antibioticaresistentie. Volgens de Amerikaanse gezondheidsautoriteiten komen er jaarlijks twee miljoen gevallen van antibioticaresistente infecties voor. Daar overlijden 23.000 mensen aan.  In de Amerikaanse vleesindustrie komt het gebruik van antibiotica regelmatig voor. Het middel wordt niet alleen bij ziekte gebruikt, maar ook preventief en nog altijd als groeibevorderaar ingezet.

‘Jaarlijks drieduizend nieuwe jongeren met psychische problemen’

Dat schrijft De Telegraaf woensdag.

De eerste tekenen van die problemen, zoals depressiviteit, angst en psychose, kunnen zich al voordoen als het kind peuter of kleuter is, blijkt uit onderzoek van klinisch psychologen Van der Gaag en Van den Berg. Zij deden onderzoek in opdracht van het Fonds Psychische Gezondheid.

De twee vinden dat er onvoldoende oog is voor kinderen die soms al op jonge leeftijd geestelijk zwaar lijden. “75 procent van de psychische klachten begint voordat iemand 25 jaar oud is”, zegt Van der Gaag, hoogleraar aan de VU en hoofd van het onderzoek bij Parnassia Groep in Den Haag.


Onverenigbaar

“De eerste signalen van autisme kunnen zich al voordoen op 2-jarige leeftijd, er zijn kinderen van 8 jaar met een depressie, tieners van 12 met angststoornissen en 15-jarigen met een psychose”, zegt de onderzoeksleider. “Wanneer niet tijdig hulp wordt aangeboden, dan kunnen problemen uitgroeien tot zeer ernstig psychisch lijden dat een leven lang mee gaat, steeds moeilijker te behandelen is en vaak onverenigbaar blijkt met school of werk.”

De twee psychologen noemen de psychische problemenbij jongeren zeer zorgelijk. “Hooguit 15 tot 20 procent van de jongeren krijgt zorg, de rest niet.” Ook merkten de onderzoekers dat ouders niet wisten wat ze moesten doen met de klachten van hun kinderen.


Arbeidsongeschikt

Er zijn dit jaar in Nederland meer mensen arbeidsongeschikt door psychische klachten en gedragsstoornissen dan door lichamelijke problemen, blijkt uit cijfers die GGD Ghor-directeur Hugo Backx dinsdag bekend maakte. Het zou al om ruim 400.000 mensen gaan, voornamelijk jongeren tot 35 jaar oud. “Dat is ons arbeidspotentieel van de toekomst”, zegt Backx. Dat kost ons land per jaar 11 miljard euro aan zieke werknemers. “Er is 1 procent economische groei mogelijk als er een betere gezondheid is.”

Het Fonds Psychische Gezondheid wil de jongeren al in een eerder stadium proberen te bereiken om verder leed te voorkomen, en is daarom deze week met de campagne ‘Eerder is beter’ gestart.